donderdag 15 mei 2008

Islamofobie: een nieuwe ziekte? Ofwel: dialoog als een oorlog van rapporten.

In de jaren dat Clinton nog president was, in 1998, werd er in de VS een Ambassador for Religious Freedom benoemd, als hoofd van de United States Commission on International Religious Freedom. Deze moet jaarlijks rapporteren aan het Congres over godsdienstvrijheid in de wereld. Daartoe moeten alle ambassadeurs ook weer jaarlijks een rapport daarover samenstellen voor deze ambassadeur. Het was een actie van christelijk rechts die daarmee vooral de belemmeringen voor verspreiding van christendom in de moslimwereld, in India en China wilde gaan bestrijden. De eerste ambassadeur was dan ook iemand die uit de zendingskringen kwam. Rapporten zijn te vinden via http://www.uscirf.gov/.
Dit is niet de enige site die bericht over de religieuze toestanden in een aantal landen. Er zijn de rapporten van Human Rights Watch, van Amnesty International. Daar lijkt nu een soort 'islamitisch tegenoffensief' gekomen te zijn in de vorm van de rapportage over Islamofobie in Europa. Deze zijn geschreven op initiatief van de OIC, Organization of the Islamic Conference, de 'islamitische wereldraad van kerken', maar dan vooral ook sterk aan de staten met een aanzienlijke moslimbevolking gerelateerd (ook Suriname, met 20% moslim zit daarbij).
Hun rapport is te vinden op http://www.oic-oci.org/oicnew/ en dan nog even doorzoeken naar Publications. Daar is zelfs een maandelijks bulletin te vinden over kwalijke zaken in de westerse wereld ten opzichte van moslims.
Zou je dit een oorlog van commissies en rapporten moeten noemen, een soort papieren dialoog? In ieder geval beter dan de fysieke oorlog!