zondag 1 mei 2011

Draken, duivels en andere gedrochten in Barcelona




Ons viel in Barcelona op dat de openbare ruimte, de publieke gebouwen, geen enkele verwijzing naar het christendom hebben. De kerk zijn, behalve de Sagrada Familia, ook aan de buitenkant erg schaars in christelijke symboliek. Er zijn wel ongelooflijk veel draken en verder wat dames en heren uit de Griekse mythologie of wat daarvoor doorgaat. Barcelona is daarin geen uitzondering. Bij enig nadekne is het wel komische die talrijke verwijzing naar godinnen van wijsheid, dapperheid, durf of doorzettingsvermogen en riviergoden in dit land dat nu wel heel weinig met die grieks-romeisne oudheid heeft


Een van die rare godheden bij de grote fontein is wel Neptunus. Hij en niet de beschermheilige van de schippers, Nicolaas, is zichtbaar in de openbare ruimte. Nicolaas zagen we alleen in de kathedraal en in het museum, middeleeuwse afdeling. Zo gaat dat in het dan weer republikeisn/socialistische of zelfs bijna-communistische, dan weer zo katholieke Spanje. Net als de naturisten op het srand: her en der wat stevige oudere heren


Voor die wereldtentoonstelling van 1887 werd een groots restaurant gebouwd in stijl van een middeleeuws kasteel-paleis. Het bleef staan en is nu een museum voor zoologie of zoiets en daar horen deze drie draakjes kennelijk bij. Het gebouw heet nu Castell dels Tres Dragons.


Te midden van deze griezels ook nog wat engelen bij de ingang van de grote middeleeuwse kathedraal. In negen koren verdeeld, maar hier eigenlijk allemaal naamloos, anoniem.


Zo maar ergens langs die grootste winkelstraat, de Ramblas, zagen we ineens deze engerd: komisch eerder dan echt angstaanjagend!


Het privé paleis voor de rijke Guëll familie was helaas dicht, maar deze ellendige draak komt er wel bij!



De duivel is de evenknie, of liever de tegenstelling van de engel. Het is het dier van de aarde en de onderwereld, terwijl de engelen vliegen en van boven komen. Op de buitenkant van de sagrada Familia vind je ze dan ook als draakjes, salamanders, kikkers, varanen en vooral fantasiebeesten. Ik heb er nog veel meer gemaakt, want we stonden ruim een uur aan die fantastische buitenkant te wachten en hadden dus alleen tijd om tussen het doorschuifelen van de rij nog weer eens wat moois of griezeligs of prachtig vast te leggen.



Bij de Sagrada Familia wordt het allemaal nog wel ingetogen gehouden wat kleur betreft, maar in het misluke wooncomplex (voor de rijke, goed ter been bedoeld) Parc Guëll komen de meest kleurrijke voor!


In het Museum van Catalaanse kunst zagen we heel veel altaarstukken. De een nog mooier dan de ander. Nogal wat met griezelige duivels. Hier eentje ervan. Griezel ervan!

Barcelona als achtergrond


Van 26-30 april 2011 gingen wij naar Barcelona. Grootse mediterrane stad met weinig romeins verleden (alleen onderste stukken van een serie bouwwerken), nauwelijks iets uit de Visigothische tijd van 450-700, niets uit de korte islamitische periode, maar wel mooi later middeleeuws werk. En voor natuurlijk de periode 1880-1930, toen een sterk hang naar classicisme een evenknie kreeg in die gekke modernisten met hun veel te drukke versieringen, zowel in de kleuren als in de vormen. Om alvast even te wennen hierbij wat algemene beelden, te beginnen bij een terras: het was fantastische weer en dus veel buiten zitten (trouwens: wat hebben we ook gewandeld daar, want een stad zie je vooral te voet).



De tweede (volle) dag van ons bezoek was helemaal gewijd aan de sagrada Familia, eerst lang in de rij en dan de kerk zelf. En dan even afkicken bij het Parc Guëll, wel leuke grappen, maar net als de andere huizen toch een verzameling modernistische frivoliteiten vergeleken bij dit grootste werk.


De ontwikkeling van Barcelona wordt vastgeknoopt aan enkele belangrijke jaartallen: 1887 de wereldtentoonstelling en 1992 de Olympische Spelen (vlakbij ons hotel). Maar ook in 1929 was er een wereldtentoonstelling, waarvoor in het Montjuic heuvelgebied aan de zuidwest kant een kolossaal museum werd gebouwd, in erg kitcherige klassicistische stijl. Maar ze hadden er een fantastische verzameling kerkelijke kunt uit de middleeeuwen: de ene na de andere zal met altaarstukken. Daarom kan Utrecht met Catharijneconvent of Centraal Museum een puntje aan zuigen!

Paule vond het maar raar: de kerk Sagrada Familia heet een temple in het Spaans. Maar om even af te kikken van die religieuze afbeeldingen binnen hier een plaatse van de grote voetbaltempel van FC Barcelona.


La Corte Ingles heet het grote warenhuis (op zes plaatsen in de stad te vinden, maar doet hier vele dingen wat groots. Hier een leuk probeerseltje op een roltrap.



En het eindigt toch nog een beetje clair-obscur op een terras bij Placa Catalunya. Heerlijk zitten en kijken daar al vielen ons de tapas wel wat tegen: ingewikkeld te bestellen, lang wachten en zo heel bijzonder ook weer niet. De worstjes wel erg vet, de kroketjes leken wat op de perkedels van onze kokkie uit Yogyakarta, Ndari. Maar wat wil je: heerlijk zitten daar in die grootste stad. Fonteinen, van die belachelijke blote dames met de rok op de heupen, maar de mooiste zit gewoon op een terrasje!