woensdag 9 maart 2011
Agnus Dei als liefdeslied
In de Missa Poetica van Bernard van beurden is het Agnus Dei integraal opgenomen. De lofzang op Jezus als Lam Gods, te zingen kort voordat hij ook gegeten wordt, de meest intieme Jezusverbinding die er denkbaar is.
Ik ging ooit met een moslim Ph.D. studente uit Indonesië, Syafa'atun al Mirzanah naar Keulen op een zondagmorgen. Zij schreef over de Dominicaan Eckhart als mysticus. Wij gingen naar een kerk waar de meester vaak had gepreekt. Er was nu nog steeds een domincaans priester die daar preekte. Bij de communie vroeg Syafa mij op ze te communie mocht. Ik zei dat dit niet kon hier. Zij vroeg het na de mis ook aan de priester die antwoordde dat iedereen die gedoopt is de communie mag ontvangen. Dat sacrament moet eerst.
Twee weken later waren bij de Dominicanen van Huissen. Lange mannen in witte pijen voor de zondagdienst. Ook hier vroeg zij of ze te communie mocht en ik zei dat het kon. Later gaf de priester Henk Jongerius dit antwoord: 'Wie ben ik om iemand die intiem contact met Jezus wil te verhinderen dat te ervaren?'
Dat zingen wij dus: Jezus in dat rare symbool van geslacht lam (zondebok, geofferd bij Grote Verzoendag, wordt geofferd én de woestijn ingestuurd).
De tekst van Lucebert:
als je weet waar ik ben zoek me dan
als je weet waar ik ben zoek me dan
bij de winden van morgen bij de grijsaards de kinderen
geen blinddoek zal het je verhinderen
bij afwezigheid mijn ziel te plunderen
de grijze vruchten van vlees en vrees
in een dwaalspoor weg te werpen
en je over niets meer te verwonderen
want vanwaar ik ben gegaan en aangekomen
zal jij ook zijn agiel en haast aalachtig
en we vloeien samen de rijke en de arme
de scherprechter en de gehangene
de engel en de ongenode gast
naar bed gaan zij beiden lichtschuw
de buit in de vuist
en kussen elkaar dood weer tot leven
eeuwig de tijd in het oor de klok van het oor
in schulden gedompeld in kussens gesmoord
maar waar ik in het tikken stik adem jij in mij voort
Dit is kennelijk een van de meest toegankelijke gedichten van Lucebert. Johan van der Keuken maakt in een maand na de dood van de meester in mei 1994, een film over zijn werkruimte toegtevoegd aan zijn filmen over de dichter/schilder. De hele film heet Tijd en Afscheid, maar het deel van het lege atelier, dat er uit ziet alsof Lucebert zo terug kan komen heeft als titel Als je weet waar ik ben zoek me dan.
Bij het lezen van deze combinatie van Agnus Dei en het Lucebert-gedicht moest ik ook denken aan die rare maar ontroerende sequens in de musical Jesus Christ Siperstar, waar de apostelen zoveel van de wijn bij het avondmaal drinken, dat ze helemaal dronken worden en lallen: dat ze altijd wel wisten apostel te zullen worden en beroemd. Dan zijn ze Jezus weer even helemaal kwijt.
Daarom dus die lege koorbanken hier: ze zijn allemaal weg. Dit is het einde. Finito. We kijken omhoog naar het orgel, maar zien alleen een wazige spiegel. Geen Mark van Kuilenburg meer.
Abonneren op:
Posts (Atom)