Zaterdag 14 Februari gingen Paule en ik naar het Mauritshuis in Den Haag. Het oude stadspaleis is groots uitgebouwd, met een ondergrondse entree, restaurant, winkel. Als gebouw nu nog mooier dan daarvoor, al is het natuurlijk geen Louvre of Rijksmuseum geworden. Maar tegelijk met de verfraaiing van Den Haag als regeringscentrum zeker de moeite waard. Er stond een aardige rij, dus eerst een 20 minuten wachten, wat het meisje met de oorring hierboven opleverde.
Het was weleven wachten. Niet zo mooi als bij de Sagrada Familia, waar wij indertijd anderhalf uur stonden. Maar temidden van die beschaafde Fransen en Amerikanen en vooral Nederlandse museumkaarters toch wel aardig.
Ik ben aan het denken over eenoude belofte aan Sindhunata, van het tijdschrift Basis uit Yogyakarta, om een artikel te schrijven over de functie van het museum in West-Europese landen. Zelfs een beetje als identiteits-maker voor nationale, culturele identiteit, trots van een land of stad en zijn/haar burgers. Terwijl de kerken verdwijnen of voortgezet worden als museums, moet het ene na het andere museum nog worden opgeknapt en uitgebreid, zoals er vroeger decennia of zelfs eeuwen aan kerken werd gebouwd.
Het Mauritshuis staat voor het verfijnde van de Gouden Eeuw. Niet het bijna-impressionistisch wat meer grove en zelfs klodderachtige van de late Rembrandt. Maar het geciviliseerde. Veel stillevens, veel Grieks mythologie. Weinig bijbels kunst.Het meest curieuze was wel dit Keukenscene met Emmausgangers van Joachim Beuckelaer, rond 1650. Als je niet heel goed kijkt, recht, juist boven het midden, dan mis je de drie mannen, debatterend over wat er in Jeruzalem is gebeurd. Je verwacht niet het eenvoudige breken van het brood, maar een copieuze en zelfs overdadige maaltijd. Om het goed te zien moet je even dubbelklikken om de foto te vergroten.
woensdag 18 februari 2015
Abonneren op:
Posts (Atom)