De schaal boven is zo'n voorbeeld van mooi aardewerk, al bijna 4000 jaar geleden gemaakt. Er waren 200 voorwerpen, de meeste redelijk klein, dus alles bijeen niet zo'n heel grote tentoonstelling, maar wel mooi getoond. De vitrines waren grotendeels ingepakt in een soort Perzische tapijten, die kennelijk voor deze gelegenheid zo waren gemaakt.
Dit is een afgietsel van een van de grote beelden van de tijd van de oude vorsten, Darius en dat soort dus. Het mythische dier daarboven is een symbool van het Zoroastrianisme, Ahura Mazda, de strijd tussen de goed en kwaad. De koning (3e van links, voor twee paleisdienaren) vertrapt een vijand en een hele serie staat er nog achter. De teksten die hierbij geschreven zijn waren in diverse vormen van het oude schrift en hebben veel betekenis gehad voor latere ontcijfering van die taal.Het laatste rijk, van de Achaemeniden heeft zich (weer) uitgeput in een strijd tegen de Grieken van Heraklius. Daarover gaat sura Rum (30) van de Koran. Het stortte na de komst van de Islam tussen 636-640 helemaal in en de Islam werd de dominantie religie van het vroegere Perzische rijk.
Maar er was maar heel weinig van die islam te zien: een enkele bismallihi in Arabisch schrift op dit schaaltje, waar verder een vogel een slang aanvalt.
In de sociologie van Ibn Khaldun wordt een contrast gemaakt tussen de drie oude Islamitische volkeren: de Arabieren hebben een zuiver, maar wat streng en strak monotheïsme, ethische richtlijnen (zoals het Joodse geloof); de Perzen houden van de grote mythische verhalen en van filosofische overwegingen (zoals de grieken in de geschiedenis van het Christendom), terwijl de Turken de religie goed hebben georganiseerd (zij zijn dan de pendant van het soldaten- en bestuurdersvolk van de Romeinen in het christendom).