dinsdag 21 juni 2011
Schotland 3: een zondag in het niet-zo religieuze Glasgow
Ons hotel stond vlakbij een burg over de Clyde, waar de grootste moskee van Glasgow stond op een heel groot terrein. Met school, ontmoetingsruimte, parkeerruimte (UKL 4.00 per dag en wij betaalden 14.00 in een overdekte gerage) en aangepast met zegenwensen voor iedereen in de hele stad.
Op weg verder naar de kathedraal kwamen wij langs twee aardige winkel. Boven de missionaire bedoening die oproept tot traditioneel christendom. Er was ook heel wat Army of Salvation in Glasgow en vooral in Edinburgh. Pal daarnaast was een winkeltje van de Brahma Kumaris. Toch nog een wat levendige reli-markt.
Kerken zijn nooit mooier dan wanneer ze in gebruik zijn. Wij dus op zondagmorgen 11.00 naar de Cathedral, nu door de Church of Scotland geleid. Het was Pinksterzondag en viering van 400 jaar King James vertaling van de bijbel, eucharist, belijdenis, een mooi koor, afijn helemaal volledig. Chancellor van de university of Glasgow was er ook bij want hij had een originele copie van de 1e druk avnd e King James uitgeleend. Die lag wel op een mooi doek dat uit West Afrika (Ghana dachten wij) kwam. Kerkbestuur allemaal in rokkostuum, dames in het zwart en wij in onze toeristenkloffie, met rugzak e.d.
Rond, of eigenlijk naast de oude abdij-kathedraal van Glasgow is een kerkhof, deftiger dus een necropolis, voor de rijken van Glasgow sinds 1830. Veel obelisken en we dachten dat dat wel vrijmetselaars zouden zijn geweest. Maar boven iedereen torent toch uit de overal in Schotland zo aanwezig John Knox. Op een veel te hoge pilaar.
Knox kijkt naar het oude huis van de abt, bisschop, nu religie-museum en heel erg interreligieus ingericht met prachtige voorwerpen. Is dit geen schattige combinatie, de jonge Krishna, baby-Boeddha en de jonge Jezus! Na de zwaarwichtige dienst in de kathedraal was dit museum even een opluchting. Gericht op jeugd en op de niet-christenen in de grote stad. Let bij die drie godenkinderen ook nog even op de fotograaf die even zichtbaar op de achtergrond mee staat te kijken!
Een van de mooiste kerken die we zagen we de Rooms-Katholieke kathedraal. Redelijk klein maar wel degelijk in oude natuursteen. Rond 1900 gebouwd voor Italiaanse, maar vooral Ierse immigranten en sinds kort was er een bijzonder kunstwerk in de binnenplaats, ter herinnering aan de Italiaanse gevangenen die in 1940 waren afgevoerd naar Ierland om daar als krijgsgevangenen vast te ziten, maar hun boot was getorpedeerd door een Duitse boot, voor de kust van Dublin. Het was een stel spiegels met mooie teksten erin. Tevens om jezelf te spiegelen en zo komen Paule en Karel hier ook nog weer eens voor!
Schotland 2: Een oude kerk
Is Paule dan bij de nonnen ingetreden? Is het oude en zelfs deels vergane niet mooier dan het niet te temmen jonge en nog zo actieve? De eerste dag van onze reis naar Schotland bezochten wij een van de border abbeys die nu vervallen schoonheden zijn: dit is Melrose, gesticht door de trappisten en een van de rijkste van het gebied. Ooit tenminste.
Alles op Iona is begonnen met Columba, de eerste monnik die er in 560 ongeveer aankwam. Ze bouwden de abdij (hieronder!) stevig uit om het tot een opvang voor bedevaartgangers, nu toeristen dus, te maken. Hierboven staat uw kroniekschrijver voor de ruïnes van een nonnenklooster. Ook heel mooi!
De kooromgang in Iona. Dit is deels een nieuw stuk: mooie pilaren en een beeld van Gods vuur, duif, Geest, een vrouw (kerk? Maria?). Vanwege de vele bezoekers van Pasen tot September was de hele benedenverdieping voor de toeristen en bij de korte tienminutendienst om 14.00 waren alleen maar toeristen en een vrouwelijke voorgangers aanwezig. Iona is deels politiek (in een kort preekje kwam zowel de Palestijnse kwestie, Israël, Zuid-Afrika, verzoening en milieu) ter sprake, maar ook stevig Jezus-gecentreerd. Minder jeugd,maar ja, het is ook een heel lastige trip naar Iona.
Voor ons is Schotland het land van de vrije clans van de higlands, in strijd met de adel en vooral de britten van het zuiden; abdijen en kastelen. Het is ook het begin van het christendom in noordelijk Europa, want vanuit Ierland kwam het via Iona naar Schotland, Engeland en zo verder naar de Friezen en andere volkeren van Noord-Europa. Willibrord kwam ook via Iona. Maar ook nogal wat formele religie en vooral bij de kastelen lijken de kapelletjes er weinig toe te doen. Dit is de kapel bij Blair Castle, een mooie ruïne dus. Temidden van prachtige seqoia's liggen daar de leden van de familie van de Earl of Atholl begraven. Toch ook mooi zo!
Bij ons laatste hotel (was wel even zoeken, zo'n vijf km buiten Endinburgh in een gehucht dat niet op Tomtom stond!), bleken we bij een landgoed verzeild geraakt te zijn, nu omgebouwd tot hotel/bed and breakfast, waarbij ook een kapel was, in 1965 gebouwd tot eeuwige gedachtenis aan mevrouw hobbit... maar nu leeg: in te richten zoals je wilt voor degenen die het complex afhuren voor een mooie bruiloft! Carberry Tower was prachtig, maar we hadden er wel een pieklein kamertje!
Schotland 1: reizen
We hadden een reis geboekt via kras.nl. Fly and drive, nou gereden hebben we: de eerste dag meteen al na aankomst in de miezer en daarna echte regen naar de oude abdij van Melrose, bloeiend in de 12e eeuw, daarna in de 16e echt gesloten en in verval laten verkommeren. Wij dachten vaak aan die protestanten die geen grote kerken nodig hebben: zo gauw er meer dan 100 mensen zijn, begin je met iets nieuws. In Utrecht hebben ze de dom ook laten verkommeren en zo waren er veel in Schotland. Maar helemaal eerst kwam het meest Schotse dat je je in kunt denken: doedelzakken, kilt-rokjes, militaire toestanden, want in Melrose was het eerst Queens Birthday en dat werd dus zo gevierd! Die abdij klaten we elders nog wel zien.
Onvermijdelijk in de bebouwde delen zijn natuurlijk al die grauwe natuurstenen, vol met mossen en van dichtbij ook heel veelkleurig. Paule hier als een bijna-roze episcopalian voor zo'n mooi stukje oud.
Er zijn allerlei soorten van cultur en historie in Glasgow: de majestueuze middeleeuwse kathedraal, het grootse imperium van 1800-1900 toen Glasgow de 2e stad was van Britain, toen het machtigste rijk ter wereld. Dat is het pompeuze in de binnenstad en de verloederde fabrieksterreinen en werven aan de rand. En dan een klein beetje modern. Bij een wandeling langs de Clyde (en Kras.nl had ons in een hotel in het centrum gezet, geschikt om meteen wandelingen te gaan maken) kom je dat allemaal heel dicht op elkaar tegen en daartussen veel lelijks en armetierig.
Vanuit Glasgow reden we via Loch Lomond naar Inveraray-Oban-trip naar Iona, dan via Loch Ness naar Kingussie, in het midden van de Highlands. Dan via Saint Andrew terug naar Edinburgh. Dat wat de grote lijn betreft.
Hierboven Loch Lomond, op een maandagmorgen net na de regen en daaronder zo'n schattig huisje met tuinkabouters en knussige aankleding. Dan zeiden we tegen elkaar: toch lieflijk Hobbitland en we keken uit naar Bilbo Balings!
Geen kasteelpark is volledig zonder een aantal Wellingtonia, die in de USA seqoia of Giant Redwood worden genoemd. Hier staat Paule bij een exemplaar in Inveraray Castle, thuisbasis van de machtige Campbell clan.
In veel gebieden zagen wij eigenlijk maar twee soorten bloemen: gele brem en dan die overdaad aan paarsen rododendron, maar hier een prachtig grasveld met meer geel van bloemen dan groen van gras. Daaronder zit Karel te wachten op de boot/ferry terug van Iona naar Mull. Lekker goed weer deze dag en over Mull gingen wij met de bus dus verbazen over dit lege land en zijn gelijkmatige schoonheid.
Hierboven het Lago Maggiore van Schotland: Loch Ness, zo lieflijk als het hier ligt. Speciaal dus genomen voor Stijn. Een smal meer van 40 km lang, met veel water, maar die dag hadden wij mooi zonnig weer en het was een fantastische wandeling in de omgeving.
Tot slot: Edinburgh. De hoofdstad, kleiner en compacter dan Glasgow, ook met meer traditie. Daar wordt het deftige rugby gespeeld, terwijl ze in Glasgow voetbalgek zijn. De stad heeft een aantal stevige heuvels, diep dal tussen de middeleeuwse en de 18e eeuwse New Town, een soort akropolis met quasi-Athene outlook. Buiten dit bijzondere centrum van de Royal Mile en die New Town is er niet zoveel bijzonders.
Een Kleine Koran
Vorige maand is het uitgekomen: het boek van Gé Speelman en de vaste kroniekschrijver van dit blog, Karel Steenbrink.
Even iets over de voorgeschiedenis: in Eindhoven heb ik in het voorjaar 2009 een cursusgegeven onder de titel De boodschap van Mohammed. Tekst en commentaren op de 2e soera of 'Een Kleine Koran'. De deelnemers aan de HOVOserie 'Het gezamenlijke spirituele erfgoed van christendom en islam' waar (voor een deel) niet tevreden met 3 cursussen en dit werd no 4. Ik bewerkte de vertaling wat, zodat er meer ritme en een zacht of flauw eindrijm in zou komen. En vooral een commentaar voor niet-ingewijden.
Toen ik daarop in het seizoen 2009-2010 in Kampen de colleges van Volker Kuester deels overnam, vroeg collega Gé Speelman of wij niet samen een boek over de Koran konden publiceren. Ik zei: "Prachtig. Doen we. En ik heb mijn stuk al af!" Gé Speelman schreef dus een handzame inleiding op de Koran in het algemeen en mijn HOVO-tekst staat nu van bladzijde 61-153 in dit nieuwe boek.
Hieronder de flaptekst:
De Koran is een veelbesproken tekst. Al 14 eeuwen is het de basistekst van de Islam, de religieuze beweging die na het christendom wereldwijd de meeste aanhangers heeft. Voor buitenstaanders is het niet meteen een toegankelijke tekst. In dit boek is gekozen voor het langste van de 114 hoofdstukken of soera van de Koran. Deze tekst toont de veelzijdigheid van de Koran in al zijn rijkdom: verhalen over de vroegere profeten: Adam (die geëerd door de engelen op de titelpagina staat/ligt), over Abraham, Mozes, David, Jezus, maar ook gebeden, polemiek met joden, christenen en aanhangers van de oude Arabische religie, voorschriften voor het verrichten van het gebed, mooie ethische aansporingen en gebeden. Deze tekst wordt hier van een commentaar voorzien zoals ook een bijbelcommentaar geschreven wordt: met historische en taalkundige toelichting en een overzicht van verschillende interpretaties en tevens bescheiden toepassingen. Immers, deze oude tekst blijft in de moderne tijd ook de aandacht vragen. Daarom: neem en lees! Niet zomaar één vers uit de context gehaald, maar een grote passage, die in totaal 7% van de hele Korantekst is.
Mutatiesprong van B16
Tussen de reizen door even twee boekbesprekingen. Eerst van Joseph Ratzinger, die intussen is gekozen tot Paus Benedictus XVI. Ik had het eerste deel van het Jezusboek al, nu heb ik dus het 2e deel in vertaling gekocht: Jezus van Nazareth, deel II van de intocht in Jeruzalem tot de opstanding,Tielt:Lannoo, 2011, 278 bladzijden in grote letter, grote spaties en mooi gebonden. Ik ben achteraan begonnen, het verhaal van de verrijzenis, of eigenlijk verhaal van het lege graf dat gezien is en daarna de ervaringen van verschijningen. Hoe waren die verschijningen? Volgens Henk-Jan de Jonge, hoogleraar Nieuw Testament uit Leiden, kwamen die verschijningen omdat de leerlingen verwachtten dat het niet zomaar afgelopen kon zijn met Jezus. Daarom kregen zij visioenen en verschijningen van Jezus. Dat was iets wat hoorde bij het joodse verwachtingspatroon van die tijd. Zoals Maria verschijnt aan katholieken, die dat soms verwachten (Lourdes, Fatima, Merdjugorje), terwijl ze nooit aan protestanten en al helemaal niet aan hindoes verschijnt. Het Marcus-evangelie eindigde aanvankelijk met de verwarring en in latere aanvulling is daar dan een kleine serie verschijningen aan toegevoegd.
B16 ziet dat heel anders. Hij beschrijft op blz. 220 dat de verschijningen totaal onverwacht waren, iets 'waar ze gaandeweg moesten thuiskomen', waar ze dus aan moesten wennen. Niet aan de dood, maar aan die verschijningen. Niet de herlezing van teksten uit oude testament, maar juist die fysieke verschijning zou het verrijzenisgeloof hebben veroorzaakt. (220-221) Dat is een keuze, zoals er een aantal intellectuele keuzes in dit hele boek zitten.
De verrassendste keuze vond ik wel de beschrijving van de verrezen Jezus. Ik vond het vroeger maar zielig: Jezus en dan ook nog later Maria, met lichaam (en ziel) in de hemel, waar verder niemand met lichaam in was (want engelen zien er op de schilderijen wel mooi uit, maar zijn ook zonder fysiek lichaam). Die twee in zo'n grote hemel en alleen, wachtend op de rest van de mensheid die zich dan zou moeten voegen. Wel anders: op blz. 244 spreekt B16 over een mutatiesprong: we kunnen de verrijzenis zien als een radicale 'mutatiesprong', waarin een nieuwe dimensie van het leven, van mens-zijn zich openbaart. Hoe we ons dat moeten voorstellen? De materie wordt tot een nieuwe wijze van zijn omgevormd. De mens Jezus behoort nu, ook met zijn lichaam, helemaal de sfeer van het goddelijke en van het eeuwige toe. (blz. 244) B16 verwijst naar Tertullianus, maar mij riekt het een beetje naar een nieuwe vorm van adoptianisme. En het blijft natuurlijk toch speculeren. Wel mooi bedacht. En dank zij de bijzondere auteur, vrij van ketterij!
Maar de enige echte mutatie die wel empirisch vastgesteld kan worden, is die bij de leerlingen en volgelingen van Jezus. Door het verrijzenisgeloof hebben zij het christendom in de wereld gezet als een geestelijke gids. Die mis zelf ook wel eens verdwaald, maar dat maakt de reis vooral spannend. Over de mutaties van Jezus zelf valt verder weinig vast te stellen.
Abonneren op:
Posts (Atom)