Dit is de laatste van 6 blogs over een reis van 6-15 September 2013 naar en in Umbrië.
De stad Orvieto ligt weer prachtig op een rots, waarnaar vanaf de parkeergarage weer die roltrappen gaan, zodat je in hartkje stad uitkomt.
Hier de eerste schoonheid: de preekstoel van de Santo Andrea kerk, met mozaïek versieringen die wel heel sterk aan de moslim kunst doen denken. Geen afbeeldingen, niet afleiden dus op de preekstoel.
Absolute topper is natuurlijk de grote kathedraal, van buiten even bijzonder als aan de binnenkant. Buiten eerst maar: dit grootse thema van donker-lichte lijnen wordt over doorgezet, alleen af en toe doorbroken door grootse en uitbundige versieringen of thematische afbeeldingen.
Dit zijn maar enkele voorbeelden van het allermooiste van de gevel: er wordt in Adam zij een opening gemaakt en dan wordt Eva eruit gehaald. Dat is een deel van een van de vier grote panelen: andere zijn de boom van Jesse (waarvan hier ook een deel), het leven van Jezus en het laatste oordeel en de opstanding. Dit laatste is het thema van de mooiste renaissance-fresco's in de zijkapel, rechts vooraan. Luca Signorelli heeft daar de ontwikkeling van de renaissance voortgezet door blijdschap en ontzetting bij de figuren die verdoemd worden dan wel de hemel ingehesen.
Die tegenstelling tussen goed of slecht hadden we zelf ook: van prachtig weer werd het een heftige stortbui, juist toen we op een mooi terras alweer zaten te lunchen.
Tot slot: Todi was ook mooi. We hadden twijfels aan de omgeving van het Lago Trasimeno, maar die wat kale, vlakke vlakte bleek toch mooie verrassingen te hebben, vooral in de bergdorpjes op enige afstand van de lage delen. Op een leuk terrasje daar de foto's die we met het nieuwe fototoestel namen, de Nikon VR, van Floris overgenomen, omdat hij wel zwaar is en van dichtbij niet zo ;praktisch.
Voor deze twee reisgenoten fantastische herinneringen.
vrijdag 27 september 2013
Spoleto
Van 6-15 September waren wij op reis naar en in Umbrië, Franciscusland. Dit is no 5 van een kleine serie impressies over deze reis.
Na de bezoeken aan Gubbio (overal verkoop van verse truffel) en Montefalco (olijfolie van echte oprigine maar vooral de wijnen, rood en wit en bij uitstek de sagrantino, soort Port-wijn, was Spoleto weer een veel grotere en vooral minder toeristische stad. Het is ook een moderne stad met veel moderne kunst. Op een gegeven nmoment wordt je wel moet van al die toch wat gelijkgestemde kunst uit de periode 1300-1500. Er is wat Romeisne, Etruskisch zelfs, Longobardisch (tot 800 tegen de paus) en in deze buurt is Benedictus begonnen, al weer 6 eeuwen voor Franciscus.
De kathedraal is adembenemend mooi: die zijkapellen, maar vooral het pristerkoor, de absis.
Maar eerst dat grootse schilderij van de buitengevel.
Er was een prachtig terrasje, vanwaar we uitzicht hadden op deze gevel: daar hebben wij een uur lekker gegeten en gekeken. Even zelf in de hemel opgenomen.
Binnenin zijn er fresco's van Pinturicchio in een zijkapel, rechts achter, maar het allermooist vonden wij de fresco's in de absis van Filippo Lippi, allemaal Maria: annunciatie, geboorte en als centraal thema de Tenhemelopneming.
Ik had het hierover met Hilary Kilpatrick-Waardenburg op de terugreis in Lausanne: vcroeger vond ik die Tenhemelopneming maar zielig. Maria zo alleen in die grote lege hemel, als enige mens in die grote feestzaal. Ja, Jezus er dan ook nog bij, met ziel en lichaam. Maar de rest? Nou die is hier helemaal aanwezig, heiligen en vooral engelen. Mooi druk feest dus.
Paule had het over het verschil tussen de oude iconentechniek en de (langzame) vernieuwing in de vroege renaisaance: van een statische uitdrukkingsloze figuur naat meer dynamiek en expressie (naast perspectief). Deze 'Franciscus-kruisen' zijn nog allemaal statisch, bijna zonder expressie. Zo was ook het originele kruis van San Damiano, nu in de Clara-kerk. Er zijn heel veel van die kruisen. Oek de Jong schreef eens dat een enkele hem echt aan een lijdende en sprekende Christus deed denken. Voor ons was het toch vooral de tijdloze, ietwat abstracte godheid, (nog) niet de warme persoonlijkheid die Franciscus zo nabij was.
We klommen ook omhoog (tot aan de lift) naar het grote fort van de onvermijdelijke kardinaal Albornoz. Van buiten een koel, weergaloos groot en onneembeer fort. Binnen viel het toch weer wat mee. Met nogal wat tiara's. De beste opname was die van een stukje van de buitenmuur.
Nog veel meer te zien in Spoleto: hierr alleen maar één gebouw, de crypte van de Sant'Ansano-kerk waarin het graf van een van de oudste kluizenaars is begraven. Mooie zuilen, eenvoudige structuur. Als ik eerder schreef dat die Italianen zo extravert en luidruchtig kunnen zijn, aanstellers en toneelspelers: het kan ook allemaal intiem, ook vaak in mooie harmonie tussen sobere delen van een gebouw en wat drukker, kleuriger en meer uitgewerkte delen.
Het zijn allemaal steden, op een berg gebouwd. Ook hierin Spoleto een fantastische roltrap van zo'n 200 of 300 hoog, in acht etappes van de beneden- naar de bovenstad. En dan nog de publieke, gratis lift naar het hoge kasteel, de Rocca.
Na de bezoeken aan Gubbio (overal verkoop van verse truffel) en Montefalco (olijfolie van echte oprigine maar vooral de wijnen, rood en wit en bij uitstek de sagrantino, soort Port-wijn, was Spoleto weer een veel grotere en vooral minder toeristische stad. Het is ook een moderne stad met veel moderne kunst. Op een gegeven nmoment wordt je wel moet van al die toch wat gelijkgestemde kunst uit de periode 1300-1500. Er is wat Romeisne, Etruskisch zelfs, Longobardisch (tot 800 tegen de paus) en in deze buurt is Benedictus begonnen, al weer 6 eeuwen voor Franciscus.
De kathedraal is adembenemend mooi: die zijkapellen, maar vooral het pristerkoor, de absis.
Maar eerst dat grootse schilderij van de buitengevel.
Er was een prachtig terrasje, vanwaar we uitzicht hadden op deze gevel: daar hebben wij een uur lekker gegeten en gekeken. Even zelf in de hemel opgenomen.
Binnenin zijn er fresco's van Pinturicchio in een zijkapel, rechts achter, maar het allermooist vonden wij de fresco's in de absis van Filippo Lippi, allemaal Maria: annunciatie, geboorte en als centraal thema de Tenhemelopneming.
Ik had het hierover met Hilary Kilpatrick-Waardenburg op de terugreis in Lausanne: vcroeger vond ik die Tenhemelopneming maar zielig. Maria zo alleen in die grote lege hemel, als enige mens in die grote feestzaal. Ja, Jezus er dan ook nog bij, met ziel en lichaam. Maar de rest? Nou die is hier helemaal aanwezig, heiligen en vooral engelen. Mooi druk feest dus.
Paule had het over het verschil tussen de oude iconentechniek en de (langzame) vernieuwing in de vroege renaisaance: van een statische uitdrukkingsloze figuur naat meer dynamiek en expressie (naast perspectief). Deze 'Franciscus-kruisen' zijn nog allemaal statisch, bijna zonder expressie. Zo was ook het originele kruis van San Damiano, nu in de Clara-kerk. Er zijn heel veel van die kruisen. Oek de Jong schreef eens dat een enkele hem echt aan een lijdende en sprekende Christus deed denken. Voor ons was het toch vooral de tijdloze, ietwat abstracte godheid, (nog) niet de warme persoonlijkheid die Franciscus zo nabij was.
We klommen ook omhoog (tot aan de lift) naar het grote fort van de onvermijdelijke kardinaal Albornoz. Van buiten een koel, weergaloos groot en onneembeer fort. Binnen viel het toch weer wat mee. Met nogal wat tiara's. De beste opname was die van een stukje van de buitenmuur.
Nog veel meer te zien in Spoleto: hierr alleen maar één gebouw, de crypte van de Sant'Ansano-kerk waarin het graf van een van de oudste kluizenaars is begraven. Mooie zuilen, eenvoudige structuur. Als ik eerder schreef dat die Italianen zo extravert en luidruchtig kunnen zijn, aanstellers en toneelspelers: het kan ook allemaal intiem, ook vaak in mooie harmonie tussen sobere delen van een gebouw en wat drukker, kleuriger en meer uitgewerkte delen.
Het zijn allemaal steden, op een berg gebouwd. Ook hierin Spoleto een fantastische roltrap van zo'n 200 of 300 hoog, in acht etappes van de beneden- naar de bovenstad. En dan nog de publieke, gratis lift naar het hoge kasteel, de Rocca.
Gubbio
Van 6-15 september waren wij op een Italiëreis. Dit is blog no 4.
Uit de verse aantekeningen in het dagboek:
Dan naar Gubbio. De Apennijnen zijn een lastige ruggegraat van Italië. Ze verdelen het land dat tot 1860 versnipperd was. Gubbio werd door buursteden bevochten: Urbino, Città di Castello, maar ook door Duitse Keizer en Roomse Paus. Toch was het een prachtige trotse stad, metw ijken die gezamenlijk ook een democratie van onder hadden. De teksten bij die grote regerings/bestuurgebouwen straalden alle die democratische trots uit. Nu hebben de wijken allemaal nog hun eigen feesten, eigen groepen bij gezamenlijk toernooien en feesten op de grootse plein.
Hoe hoger in deze stad,hoe machtiger en deftiger. Boven dit plein en volkspaleis staat het hertogelijk paleis en dat van de aartsbisschopmet de Dom. Ook wel mooi, maar wat achteraf. Daaronder, stevig de straten af, kom je bij de markt, de volkswijken, ieder met hun eigen tradities.
Te veel om allemaal op te noemen. Ver boven Paule uit, wel een kartier rijden via kronkelwegen, was er nog een Monte Ingino, waar een basiliek staat voor de heilige Ubaldus, ooit bisschop van de stad en een belangrijk figuur: sinds 1194 is hij daarboven al begraven. Er loopt een kabelbaan naar toe, er staat een restaurent: alles voor een mooie bedevaart. Binnen de stad lopen ook verschillende gratis roltrappen om van het ene naar het andere niveau te komen (zowel geologisch als sociaal), maar die werkten nu even niet en we hebben de hoogteverschillen dus echt aan den lijve ondervonden.
Op het onderste relief staat Franciscus met de kerk die hij gaat vernieuwen, zowel fysiek als spiritueel. Ik kan me niet meer precies herinneren waar we deze hebben gezien. Gubbio wordt met Franciscus verbonden omdat hij daar een wolf heeft getemd die niet alleen dieren, maar ook mensen aanviel.
Er loopt ook een Franciscus-vredewandelpad van Assisi naar Gubbio. We hebben een klein stukje ervan verkend, maar het loopt met stevige hoogteverschillen en we hebben ons er verder niet echt aan gewaagd.
Die dag gingen we ook naar Montefalco, waar een stedelijk museum is in een oude kerk met waanzinnig mooie fresco's van Benito Gozzoli. Je mocht ze niet in het museum zelf nemen, maar ze staan tpch al op internet. Hieronder eentje: Franciscus trekt zijn kleren uit.
Uit de verse aantekeningen in het dagboek:
Dan naar Gubbio. De Apennijnen zijn een lastige ruggegraat van Italië. Ze verdelen het land dat tot 1860 versnipperd was. Gubbio werd door buursteden bevochten: Urbino, Città di Castello, maar ook door Duitse Keizer en Roomse Paus. Toch was het een prachtige trotse stad, metw ijken die gezamenlijk ook een democratie van onder hadden. De teksten bij die grote regerings/bestuurgebouwen straalden alle die democratische trots uit. Nu hebben de wijken allemaal nog hun eigen feesten, eigen groepen bij gezamenlijk toernooien en feesten op de grootse plein.
Hoe hoger in deze stad,hoe machtiger en deftiger. Boven dit plein en volkspaleis staat het hertogelijk paleis en dat van de aartsbisschopmet de Dom. Ook wel mooi, maar wat achteraf. Daaronder, stevig de straten af, kom je bij de markt, de volkswijken, ieder met hun eigen tradities.
Te veel om allemaal op te noemen. Ver boven Paule uit, wel een kartier rijden via kronkelwegen, was er nog een Monte Ingino, waar een basiliek staat voor de heilige Ubaldus, ooit bisschop van de stad en een belangrijk figuur: sinds 1194 is hij daarboven al begraven. Er loopt een kabelbaan naar toe, er staat een restaurent: alles voor een mooie bedevaart. Binnen de stad lopen ook verschillende gratis roltrappen om van het ene naar het andere niveau te komen (zowel geologisch als sociaal), maar die werkten nu even niet en we hebben de hoogteverschillen dus echt aan den lijve ondervonden.
Op het onderste relief staat Franciscus met de kerk die hij gaat vernieuwen, zowel fysiek als spiritueel. Ik kan me niet meer precies herinneren waar we deze hebben gezien. Gubbio wordt met Franciscus verbonden omdat hij daar een wolf heeft getemd die niet alleen dieren, maar ook mensen aanviel.
Er loopt ook een Franciscus-vredewandelpad van Assisi naar Gubbio. We hebben een klein stukje ervan verkend, maar het loopt met stevige hoogteverschillen en we hebben ons er verder niet echt aan gewaagd.
Die dag gingen we ook naar Montefalco, waar een stedelijk museum is in een oude kerk met waanzinnig mooie fresco's van Benito Gozzoli. Je mocht ze niet in het museum zelf nemen, maar ze staan tpch al op internet. Hieronder eentje: Franciscus trekt zijn kleren uit.
Assisi, Stad van Vrede
Centraal in de wereld van Franciscus staat natuurlijk Assisi. Wij gingen er naar toe via het voordorpje Portiuncula in Santa Maria degli Angeli. Trots staat daar dat dit op de lijst van grootste kerken ter wereld no 6 is: hoe de kleine Franciscus toch in een groot gebouw terecht kwam. In de kerk zelf geen foto's gemaakt, zelfs niet het pesjonkelgebed gebeden, zoals mijn vader deed bij Allerzielendag (5x Onze Vader, Wees Gegroet Eer aan de Vader..). Binnen dat neo-klassieke grote kerkgebouwd is dat kleine Portiuncula-kerkje wel een mooi stille plaats, ook nu.
In de bijgebouwen kwamen we een aardig Franciscusstandbeeld tegen, met een erg tamme levende duif op zijn hand.
Als je goed kijkt, zie je dat de duif er op de ene foto anders zit dan op de andere. Pikte zelfs af en toe een zaadje uit het mandje daaronder. Goed getemd.
Daar konden we ook de eerste fresco's op de foto zetten. Verderop ook in een kleine bedevaartskapel, maar in de grote kerken worden geen foto's genomen. Die van Goiotto in de grote basiliek zijn trouwens overal op dit grote internet te bekijken en betere kwaliteit.
Dit is de verheerlijking, vergoddelijking, als het ware Ten-Hemel-Opneming van Franciscus, wel wat anders dan in het originele lijdensverhaal van zijn laatste dagen en sterven zoals het in Celano staat, maar ook wel mooi en bijna was Paule hier ook al ten hemel opgenomen: zie linksonder. Maar zij bleef nog even gewoon hier op aarde!
Ook heel mooi uitgebeeld (in een zijkapel van Santa Maria degli Angeli: Franciscus vraagt aan de paus en de kardinalen om toestemming en goedkeuring van zijn regel. Eerst een mondelingen, dan nog tweemaal een schriftelijke, tot het echt Bullata, door de pauselijke curie goedgekeurd was en zo in de mainstream terecht kwam, met ruzies, splitsingen, maar toch binnen dat grote dynamische geheel. Deze niet-clericus, die een alternatief had voor de kruistochten, geen plechtige missen, maar eenvoudige devoties preekte en toch de geleerden ook voor zich wist te winnen als Anthonius van Padua (die uit Lissabon kwam!) en Bonaventura.
Als je uit de grote basiliek komt zie je dit het eerst: Pax, Vrede is nu het grote Franciscuswoord.Tussen toeristen en bedevaartgangers is hier geen duidelijk onderscheid: iedereen onder de indruk van het grote Franciscusverhaal zoals Giotto dat schildert. Italiaanse en Poolse missen worden er in de kerken gehouden: 3 boven elkaar, crypte met graf, grote benedenkerk en dan die lichte bovenkerk (waar wij niet zo van konden profiteren want er brak net een groot onweer en kolossale regenbui uit, maar de verlichting was goed genoeg.
Tussen de Polen hadden wij onze lunch met uitzicht op de oude Minerva-tempel, nu een kerk en daarnaast de stadstoren, die dus niet bij de kerk hoort, maar dient voor de klokken van het gemeentebestuur. De kolossale burcht hebben wij in Assisi maar gelaten: ligt zo hoog. In Orvieto hebben wij die grote burcht van Kardinaal Albornoz wel bezocht.
De 'nieuwe kathedraal' van Assisi heeft dezelfde mooi voorgevel als de Basilica Papale di Santo Francesco, maar binnenin is hij vreselijk streng-renaissance ingericht: bijna net zo erg als de witkalk Calivinisten in onze Nederlandse oude kerken.
Maar in de zijgang van die kathedraal hing wel een curieuze tentoonstelling met schilderijen van paus Johannes Paulus II door Giuseppe Afrune (geb 1954). Vreselijk ,melodramatisch, waarbij de Parkinson (die ook in 2000 al goed zichtbaar was, bijna gênant om hem op het altaar te zien) nog erger werd voorgesteld, als een soort superlijden van de Alter Christus. Hieronder enkele van die overdreven kunstwerken. Afijn, wij vonden Italianen nogal eens overdreven aanstellers, theater-persoonlijkheden: wel amusant om te zien voor wat soberder en nuchter ingestelde mensen uit noordelijk Europa.
B16 krijgt dus uiteindelijk het kruis van het te grote en zware ambt overgedragen van JP II. Gelukkig dat onze huidige Paus Francesco het allemaal wat relativeert en het wat luchtiger opneemt en zijn eigen positie en levensgang niet zo dramatisch voorstelt. Moet je die neergezakte schouders van B16 zien, alsof hij het ding niet op kan tillen. En zo zag hij er nog echt uit ook.
Teveel om te zien en te onthouden van Assisi: we zijn ook nog uitvoerig in de Basiliek van Clare geweest, precies aan de andere kant van Assisi als de Franciscusbasiliek, maar ook heel mooi. Daar kwam onze moderne Clara, Paule Maas dus, ook nog mooi in beeld!
In de bijgebouwen kwamen we een aardig Franciscusstandbeeld tegen, met een erg tamme levende duif op zijn hand.
Als je goed kijkt, zie je dat de duif er op de ene foto anders zit dan op de andere. Pikte zelfs af en toe een zaadje uit het mandje daaronder. Goed getemd.
Daar konden we ook de eerste fresco's op de foto zetten. Verderop ook in een kleine bedevaartskapel, maar in de grote kerken worden geen foto's genomen. Die van Goiotto in de grote basiliek zijn trouwens overal op dit grote internet te bekijken en betere kwaliteit.
Dit is de verheerlijking, vergoddelijking, als het ware Ten-Hemel-Opneming van Franciscus, wel wat anders dan in het originele lijdensverhaal van zijn laatste dagen en sterven zoals het in Celano staat, maar ook wel mooi en bijna was Paule hier ook al ten hemel opgenomen: zie linksonder. Maar zij bleef nog even gewoon hier op aarde!
Ook heel mooi uitgebeeld (in een zijkapel van Santa Maria degli Angeli: Franciscus vraagt aan de paus en de kardinalen om toestemming en goedkeuring van zijn regel. Eerst een mondelingen, dan nog tweemaal een schriftelijke, tot het echt Bullata, door de pauselijke curie goedgekeurd was en zo in de mainstream terecht kwam, met ruzies, splitsingen, maar toch binnen dat grote dynamische geheel. Deze niet-clericus, die een alternatief had voor de kruistochten, geen plechtige missen, maar eenvoudige devoties preekte en toch de geleerden ook voor zich wist te winnen als Anthonius van Padua (die uit Lissabon kwam!) en Bonaventura.
Als je uit de grote basiliek komt zie je dit het eerst: Pax, Vrede is nu het grote Franciscuswoord.Tussen toeristen en bedevaartgangers is hier geen duidelijk onderscheid: iedereen onder de indruk van het grote Franciscusverhaal zoals Giotto dat schildert. Italiaanse en Poolse missen worden er in de kerken gehouden: 3 boven elkaar, crypte met graf, grote benedenkerk en dan die lichte bovenkerk (waar wij niet zo van konden profiteren want er brak net een groot onweer en kolossale regenbui uit, maar de verlichting was goed genoeg.
Tussen de Polen hadden wij onze lunch met uitzicht op de oude Minerva-tempel, nu een kerk en daarnaast de stadstoren, die dus niet bij de kerk hoort, maar dient voor de klokken van het gemeentebestuur. De kolossale burcht hebben wij in Assisi maar gelaten: ligt zo hoog. In Orvieto hebben wij die grote burcht van Kardinaal Albornoz wel bezocht.
De 'nieuwe kathedraal' van Assisi heeft dezelfde mooi voorgevel als de Basilica Papale di Santo Francesco, maar binnenin is hij vreselijk streng-renaissance ingericht: bijna net zo erg als de witkalk Calivinisten in onze Nederlandse oude kerken.
Maar in de zijgang van die kathedraal hing wel een curieuze tentoonstelling met schilderijen van paus Johannes Paulus II door Giuseppe Afrune (geb 1954). Vreselijk ,melodramatisch, waarbij de Parkinson (die ook in 2000 al goed zichtbaar was, bijna gênant om hem op het altaar te zien) nog erger werd voorgesteld, als een soort superlijden van de Alter Christus. Hieronder enkele van die overdreven kunstwerken. Afijn, wij vonden Italianen nogal eens overdreven aanstellers, theater-persoonlijkheden: wel amusant om te zien voor wat soberder en nuchter ingestelde mensen uit noordelijk Europa.
B16 krijgt dus uiteindelijk het kruis van het te grote en zware ambt overgedragen van JP II. Gelukkig dat onze huidige Paus Francesco het allemaal wat relativeert en het wat luchtiger opneemt en zijn eigen positie en levensgang niet zo dramatisch voorstelt. Moet je die neergezakte schouders van B16 zien, alsof hij het ding niet op kan tillen. En zo zag hij er nog echt uit ook.
Teveel om te zien en te onthouden van Assisi: we zijn ook nog uitvoerig in de Basiliek van Clare geweest, precies aan de andere kant van Assisi als de Franciscusbasiliek, maar ook heel mooi. Daar kwam onze moderne Clara, Paule Maas dus, ook nog mooi in beeld!
Abonneren op:
Posts (Atom)