maandag 31 juli 2017

Het Wiel van Bassa

De Nieuwe Hollandse Waterlinie is nu in een proces om Unesco World Heritage te worden. Van 1650 ontstaan als militaire plannenmakerij werd het vanaf 1990 langzaam iets van vrije tijd en cultuur. Nederland heeft niet zo veel kastelen als Frankrijk of Duitsland, maar er zijn er nu ineens een 50-60 bijgekomen. En de gemeenten maar plannen maken, restaureren, bijbouwen, festivals er in zetten.
De Diefdijk stamt uit de 13 eeuw: om Holland en vooral dus de Alblasserwaard te beschermen tegen water van de Betuwe. Toen kwam het gebied van de vijf Heeren van Vianen teveel onder water te staan en werd er her en der wat waterafvor geregeld. Nu staat hij als een meetlat voor de waterlinie tussen Lek en Linge. Een kolossale doorbraak creëerde in 1573 (midden in de opstand tegen Spanje dus) het 13 ha grote Wiel van Bassa.
Rond het Wiel van Bassa liggen grote huizen met fraai onderhouden tuinen. Verder op de dijk zie je links grote boerderijen. Na een keerpunt van de wandeling richting Acquoiseweg werd het steeds stiller en rustiger. Prachtige bloemen. We graslanden, maar ook veel riet en allerlei bloemen. Veel waters ook. Wij liepen langs aan Culemborgse Vaart, waar we op een gegeven moment over heen gingen via een pontje.



Leuk verkeersbordje is hier ontworpen voor dit doe-het-zelf-pontje.

dinsdag 25 juli 2017

Armoede

In de zomermaanden juli en augustus houdt de Janskerk in Utrecht een serie diensten waarbij de spiritualiteit van de grote westerse kloosterorden centraal staat. Begonnen bij de Benedictijnen, volgden de Norbertijnen, dan Franciscanen en komende zondag de Clarissen. Dan Augustijnen en nog wat.
Dat de kloosters het momenteel erg slecht doen en nog eerder dan de gewone kerken met sluiting zijn begonnen doet er nu kennelijk even niet toe: steeds wordt er positief gezocht naar inspiratie. Benedictus blijkt een groot manager te zijn geweest met veel inspraak voor de gewone man in het klooster, oog voor de menselijke kanten. Zo ook Augustinus want zijn regel kwam als enige aan bod bij de Norbertijnen.
Komende zondag over Clara, volgelingen van Franciscus van Assisi. Zijn kwam ook van rijke ouders en heeft stevig gevochten voor 'het privilege van de armoede'. Wie daar intreedt moet de (eventuele) bezittingen overdragen aan de armen. Weg en je bent er van af!
Bij de voorbereiding voor de dienst waren er twee stromingen: de ene zag armoede vooral als iets dat bestreden moet worden en de radicale armoede dus als een bijdrage daarvoor. Dat is ook te zien in de bundel Zangen van Zoeken en Zien (ZZZ): in de index van thema's staat daar bij armoede: zie onrecht.
Als lezing in de dienst komt Lucas 18:18-27 over de rijke jonge man die het allemaal radicaal goed wil doen en van Jezus de aansporing krijgt om zijn bezit aan de armen te geven. Ja, dat was te veel 'want hij had nogal wat' en het is dus voo een rijke net zo moeilijk om de hemel binnen te gaan als voor een kameel om door de poort 'oog van de naald' te gaan. De keuze viel nu toch op een tekening van de heavy loaded camel, waarbij de kameel onder de last sowieso bezwijkt als symbool voor die andere interpretatie. De Franciscaanse armoede is er niet vooral om de maatschappij in een eerlijker gemeenschap om te zetten door armoede te bestrijden. Maar vooral om mensen van hun te veel aan spullen af te helpen waaronder ze bezwijken. Armoede wordt op zich gezocht als een schat waarmee men Hem verwerft door Wie alles uit het niets is gemaakt, zoals Clara schrijft aan de ook al gefortuneerde Agnes van Bohemen, zus van de koning die in Praag ook zo'n klooster van armoede heeft opgericht.

vrijdag 21 juli 2017

De 'bekering' van Constantijn volgens Wim Jurg

Wim Jurg heeft al enkele boeken geschreven over de laat-antieke periode, 300-650, toen uit/na de Grieks-Romeinse cultuur het christendom en de islam de mediterrane wereld gingen domineren.
Nu is er een inzoemen op Constantijn gekomen. Boeiend boek in de vorm van een fictiee autobiografie gedicteerd aan een slimme slaaf Septimus.
Er zijn drie passages waarin Constantijn met religie te doen heeft. Allereerst zijn er een samenhangende droom en een visioen: allereerst de zonnegod Apollo (op de cover van het boek: of wat dat eigenlijk een kolossaal beeld van Nero, bedoeld voor naast het Colosseum?).  Een tweede visioen brengt hem bij christen vervolger Diocletianus pratend met Jezus op een wolk. De keizer zegt dat hij een zoon van Jupiter, dus ook Gods zoon is, maar Jezus verwijt hem dat het een politieke trucage is (36-7; ook 87-9).  Tot zover.
Over de tekens en de strijd bij de Milvische brug wordt nogal vaag en onzeker geschreven: het speelt in ieder geval niet de beslissende rol ('In dit teken zul je overwinnen',  in hoc signo vinces) van de latere verhalen.
113-4 is een curieuze beschrijving van het conflict over (tijdelijk) afvalligen onder de vervolgingen in Noord Africa. Constantijn gaf geld aan de kerkleiders maar nu was er een delegatie die vertelde dat hij het geld aan een foute bisschop had gegeven: iemand die gewijd was door iemand die zelf fout was geweest. Constantijn wil zich er niet in mengen. 'Ik bemiddelde ook wel eens tussen ruziënde priesters van andere godsdiensten, als augustus was ik tenslotte de hogepriester van alle godsdiensten, maar dit was nieuw.' (ook 128). Er was in Arles een soort synode over deze kwestie, waar ook Constantijn bij was.


Twee fantasieën van historici: boven het Nero-beeld bij het Colosseum; onder Constantijn in zijn basilica, het zittende beeld, 12 m. hoog.
 165-168 gaat over het concilie van Nicea: Constantijn snaot niet zoveel van het hoogoplopende conflict in Alexandrië. Zijn religieuze adviseur Ossius (uit Cordoba) zegt hem: in het westen hebben we niet van dit soort conflicten. Volgens Constantijn ging het over een 'onbetekenende kleinigheid' 'ik  kan het nog steeds niet uitleggen', maar het liep hoog op. 'Of Christus altijd had bestaan of door zijn godelijke vader was geschapen voor de tijd begon': volgensOssius was de christelijke bijbel nogal vaag her en der. De bisschop van de hoofdstad Nicomedia was voor Arius en dus werd het neutrale Nicea gekozen als plaats. 168: 'Na overleg met Ossius had ik besloten om het concilie de vorm van een senaatsvergadering in Rome te geven, ik zou zelf vanaf een lage troon naar de discussie luisteren en af en toe zelf het woord nemen.' (168). Het concilie duurde een maand, veel te lang voor C.
Lactantius en Eusebius van Caesarea worden heftig gekritiseerd als de twee die een overdreven gekerstende biografie van Constantijn schreven. Ik kan niet beoordelen in hoeverre dit allemaal beter is, maar het geeft wel een aardig beeld van religieuze ontwikkelingen op enige afstand bekeken door de politiek. Hoe dit in de laat-antieke ontwikkeling uitliep op veel schisma's en splitsingen en uiteindelijk tot de wereld van de islam, is weer een ander verhaal.
Dit is dus een keizer, die het christendom een best alternatief voor de vroegere religie vond, liefst dus ernaast, maar in ieder geval niet te bezitterig. Ietwat cynisch of realistisch? We kunnen niet in al die zielen kijken.