Eerste stoppplaats was SINTRA, het oudste koninklijk paleis in de buurt van Lissabon. Het is gebouwd zo'n 200 meter onder een Moors fort, dat ca 1127 werd (her)overd. Het Palacio de Pena is nog klein, middeleeuws, erg Marokkaans met de groen-rood,gele regels, veel binnenplaatsen, kleine tuinen. Alsmaar is er bijgebouwd. Opvallend zijn de twee erg grote keuken-toeters.
Er waren nogal wat toeristen in bussen en juist toen wij wilden vertrekken kwamen er zo'n 200 zware motoren aan, Frans, NL, Belgisch, Spaans, Harley Davidson clubs uit Europa. Grote drukte dus.
Ons tweede doel was de koninklijke begraafplaats/residentie, een enorm klooster in Mafra, gebouwd rond 1717-30 door een te rijke vorst (Brazilië was toen de grote bron van inkomsten aan het worden). Het was vooral een Franciscanenklooster, waar de vorst zelf bijna nooit woonde. 1200 kamers en onze reisgids vond het een Ceaucescu-achtig gebouw. In alles teveel. Het is nu voor een deel militiare academie, deels museum. De kerk ziet er uit als een wat kleinere Sint Pieter. De beelden zijn allemaal oversized, dus imponeerarchitectuur. Heel erg contra-reformatie, met nadruk op paus, eucharistische aanwezigheid (Sint Clara altijd met een monstrans in de hand), Carolus Borromeus. Wij spraken er over die veel te grote Hassan II moskee in Casablanca, die ook nooit gebruikt wordt.
Derde reisdoel was het vestingstadje Obidio, gewoner en informeler dan Carcassone, maar wel in die stijl. Groter en levendiger. We kochten er voor 5 euro een mooie pop voor Sophie.
Vierde halte die dag was Alcobaca. Een koninklijke begraafplaats, verblijfplaats, eigenlijk een cistercienserklooster. Heel lange, smalle kerk, waar wel een 500-600 monikken in konden bidden en zingen. Er waren beelden en graven van vorsten tussen 1360-1500. Prominent voraan is dat van Pedro I die op het verkeerde meisje verliefd was geworden. Zijn vader liet die dochter van een vijandelijke hertog vermoorden, maar Pedro I bepaalde dat zij ook een graf kreeg, naast hem voor in het koor van deze kerk.
Overigens hebben we nog nooit ergens zoveel vis gegeten en zulke grote (ex-)kloosters gezien als in Portugal, want dit was ook weer erg groot. Afmetingen zoals die alleen in Cluny zichtbaar zijn.
In Fatima aangekomen bleek het lastig te zijn om bij het hotel te komen. De binnenring van het stadje was opgebroken, omdat het een tunnel moet worden om de gasten van de 10.000 hotelkamers en de 65 kloosters aldaar makkelijker toegang te geven. Na sluiting van kloosters in 1833 is Fatima (verschijningen op de 13e, Juni tot en met October 1917) de belangrijkste religieuze vernieuwing van Portugal. Rond het heiligdom van zo'n 800x300 meter zijn de voorzieningen gebouwd. Basiliek uit jaren 1950, nieuwste kerk voor zo'n 4000 in ellipsvorm, als tent, ondergrondse kapellen voor groepen van 50 tot 500. Genoeg om 3 dagen lang op de knieën naar bron en verschijningenboom te gaan, rozenkrans bidden, kaarsen op te steken, altijd ergens een misviering, kruisweg bidden, in de avond de lichtprocessie. Er zijn ook enkele priesterseminaries.
Bij de nieuwste kerk dachten wij de de Crystal Cathedral van Los Angeles die wij vorig jaar zagen.
Maar wij bleven er niet de hele dag: halverwege de volgende morgen gingen wij naar Tomar, een Tempeliersburcht. Na opheffen van die Ridderorde, werd door de koning een Orde van Christus opgericht, die alle Tempeliersbezittingen kreeg. Hendrik de Zeevaarder was er ook grootmeester van, zoals veel leden van de koninklijke familie. De Orde gaf het geld voor de expedities van de Zeevaarder, maar kreeg er ook veel voor terug. Van 1920-1994 was het grote complex in gebruik als missionair seminarie. De Manuelstijl zit hier vol met bizarre grappen en kunstjes. Om Dan Brown nog eens op af te sturen. Hieronder iets als een boom van Jesse. In het stadje zelf hadden we een heerlijke lunch aan een romantisch water. We hebben er na wat vragen en zoeken de oude synagoge gevonden, waarin nu een joods museum is. Was in gebruik van 1430-1497 toen de Portugese koning trouwde met een prinses van het nog katholieker Aragon en in de huwelijksvoorwaarden stond dat joden en moslims uit Portugal verdreven zouden worden.
Hierboven de overdreven raamdecoratie in Tomar. Een soort levensboom, geplakt tegen een buitenvenster van de al even bijzondere kerk van het Tempeliersklooster met zijn kolossale baldakijn, intiemer dan dat van de Sint Pieter, maar het ging dan over een niet al te grote club ridder-monniken.
Dan nog naar Batalha, invulling van de gelofte voor een overwinning in een veldslag. Ook een koninklijke klooster, met prachtige onafgewerkte kapellen, gebouwd als begraafplaatsen. Hendrik de Zeevaarder ligt hier begraven.