Bijzondere kerkdienst in Oldenzaal, ontworpen (deels) door Hwerman Finkers: plechtige Gregoriaans gezonden Missa in Mysterium: Mis die moet leiden tot ervaring van het myterieuze. Geen preek (te informatief, te moraliserend), geen simpele Nederlandstalige liedjes, heilig theater, dus deftige kleding, alles in het latijn. Adembenemend mooi, maar ja, wel voor mensen die het Latijn niet alleen verstaan maar zelfs bijna helemaal van buiten kennen. Dat hebben we sinds 1965 dus allemaal verloren, maar er zat ook een hoop ballast in en onbegrijpelijkheid. Mijn moeder vond het allemaal onbegrijpelijke tijdverspilling, mijn vader vond het prachtig. Dus Finkers heeft niet de oplossing voor iedereen.
We hadden dit jaar variatie in de Janskerk. In de nacht was het een serie van zes lezingen, afgewisseld met gebeden en liederen. De laatste twee lezingen de geboorte uit het Lukasevangelie. De eerste vier waren uit Oude testament.Het begon met Genesis 1,3-4, schepping van het licht. Kerstmis is dus lichtfeest, ook wel vredesfeest (vooral in literatuur, kerstverhalen). Jesaja 9 + 11 en Micha zijn voor een overvloed aan Jezus-titels. De meeste prachtig, een enkele dissonant erin. Zo hoorde ik in Jesaja 11:4 een mooi begin: Over de zwakken velt hij een rechtvaardig oordeel, de armen in dit land geeft hij een eerlijk vonnis. Jezus als rechter die niet corrupt is. Maar het gaat dan wel stevig verder: met de adem van zijn lippen doodt hij de schuldigen. Ja, dat doden hadden ze even weg mogen laten want de doodstraf kennen we niet meer. En het wordt niet meteen theater in de zin van Finkers als het wat braaf en zacht wordt voorgelezen.
Bovenaan zijn we in de kapittelzaal aan het knzingen voor de morgendienst. Midden staat het altaar met de oogst aan mariabeelden, liefst zes stevige, van leden van de Janskerkgemeente. En dat is onze eigen wajang en het beeld in Balinese stijl er nog niet eens bij.
Onder staan we al in het koor voor brood en delen.
De voorganger had het bij die morgendienst niet makkelijk:De stem van Jozef was het 'thema'. En Jozef zegt helemaal niets: hij maakt ruimte voor Maria, die hem als vader mag laten voordoen. In plaats van die 'maagdelijke geboorte' als literair motief uit een andere wereld weg te zetten, werd het toch wel moeilijk gemaakt. We moeten van Jozef leren dat we 'aan God ruimte moeten geven'. Mooie gedachte, maar het viel voor mij wel een beetje onder het moraliseren waar Finkers zo tegen is.
Het drame kwam wel in het mooie tafelgebed voorafgaande aan de uitdeling van brood en wijn. Dat begon bij de geboorte: Die naar menselijke gewoonte met een naam genoemd wordt: zoon van Adam, zoon van Jakob, van David van Maria en Jozef, tot de dood op het kruis: als een slaaf. Dat is een tekst die je in het mysterie binnenleidt.
woensdag 28 december 2016
dinsdag 20 december 2016
Is er iets mis met Kerstmis?
Omdat ik je mis - Nacht van de eeuwigheid, zo heet een festival-avond die op 30 december in Tivoli Vredenburg wordt gehouden. Nog in de kerstweek, dus een 3e dodenherdenking dit jaar? Na Allerzielen (Katholiek, 2 november) en de laatste zondag van november (Protestants, die vieren Hervormingsdag, de hamerslagen van Martin Luther, 1 november). Tivoli-Vredenburg bezig met eeuwigheid en een nieuwe behoefte?
Dan hadden we Martinus, ook groots dit jaar. En nu dus voorbereiding voor Kerstmis. Zelfs in de liederen die we oefenen voor de Janskerk is het meer een feest van licht dan van de geboorte van een grote persoonlijkheid in onze geschiedenis. Zo is het ook ontstaan rond 300 als aanpassing en overname van het christendom bij het herdenken van de Sol Invictus, de onoverwinnelijke zonnegod, de laatste grote godheid van het Romeinse rijk. Overgang naar echt monotheïsme. Constantijn heeft die zaak toen langzaam laten kerstenen en theologen doen het verfijnder werk. Romeinse gedachten en rituelen overwoekerd door bijbelteksten en nu door mooie kerstliederen.
Er zijn er die problemen maken, zoals Jehovah's getuigen. Die hebben hun evenknie in de Wahhabitische moslims, die goed weten dat net als in het christendom, ook in de islam pas na goed 300 jaar de geboortedag van de stichter-profeet gevierd ging worden. In Arabië is het dus verboden om Mohammeds geboortedag te vieren. En dat terwijl het toch vaak zo'n groots vrolijk feest kan zijn!
Hierboven twee foto's van een reis naar Singepore vorig jaar december. Helemaal boven het hotel in Singapore, compleet met becak voor fotosessie. Ja, ook daar toch een kerstboom. Daaronder een winkelcentrum in Singapore met vliegende Kerstmannen en mutsen.
Toen wij in 1981 naar Indonesië gingen was er juist een fatwa uitgegeven door de Indonesische Raad van Godsgeleerden: Moslims mogen niet aan kerstvieringen meedoen (ook dus niet op katholieke scholen, waar ze aan het schoolkoor, het kersttheater meedoen). Sindsdien is er bijna ieder jaar wel een nieuwe verklaring. 14 December kwam er een fatwa (no 56 van 2016: Hukum menggunakan atribut keagamaan non-Muslim). Terwijl de grote winkelcentra vol hangen met kersttakken, kerstmannetjes, rendieren, bellen, kaarsen e.d., wordt verklaard dat het voor moslims verboden is dat spul te kopen, verkomen, maken, verbvoeren, op te hangen, cadeau te geven. Ja, en onze eigen kerstbeelden in de stal zijn gemaakt door moslims uit Burkina Faso, die mooie bronzen beeldjes maken die kinderen kunnen pakken, zonder dat ze kapot vallen.
Zijn ze niet mooi, die Afrikaanse koningen en dieren?
Jan Sihar Aritonang uit Jakarta maakte zich erg boos over het fatwa, vooral omdat de 'anderen'niet-moslims dus, niet nader aangeduid allemaal kafir genoemd werden. Zelfs het kerstfeest werd niet met name genoemd, maar iedereen weet wel hoe dat het gaat met zo'n december-fatwa. Of de malls geen kerstplaatjes, geen jingle-bells meer zullen draaien? Laat ze maar gewoon doorgaan, ook al ergeren ook wel wat moslims én christenen er aan!
Gelukkig, zalig en vredig Kerst toegewenst!
Dan hadden we Martinus, ook groots dit jaar. En nu dus voorbereiding voor Kerstmis. Zelfs in de liederen die we oefenen voor de Janskerk is het meer een feest van licht dan van de geboorte van een grote persoonlijkheid in onze geschiedenis. Zo is het ook ontstaan rond 300 als aanpassing en overname van het christendom bij het herdenken van de Sol Invictus, de onoverwinnelijke zonnegod, de laatste grote godheid van het Romeinse rijk. Overgang naar echt monotheïsme. Constantijn heeft die zaak toen langzaam laten kerstenen en theologen doen het verfijnder werk. Romeinse gedachten en rituelen overwoekerd door bijbelteksten en nu door mooie kerstliederen.
Er zijn er die problemen maken, zoals Jehovah's getuigen. Die hebben hun evenknie in de Wahhabitische moslims, die goed weten dat net als in het christendom, ook in de islam pas na goed 300 jaar de geboortedag van de stichter-profeet gevierd ging worden. In Arabië is het dus verboden om Mohammeds geboortedag te vieren. En dat terwijl het toch vaak zo'n groots vrolijk feest kan zijn!
Hierboven twee foto's van een reis naar Singepore vorig jaar december. Helemaal boven het hotel in Singapore, compleet met becak voor fotosessie. Ja, ook daar toch een kerstboom. Daaronder een winkelcentrum in Singapore met vliegende Kerstmannen en mutsen.
Toen wij in 1981 naar Indonesië gingen was er juist een fatwa uitgegeven door de Indonesische Raad van Godsgeleerden: Moslims mogen niet aan kerstvieringen meedoen (ook dus niet op katholieke scholen, waar ze aan het schoolkoor, het kersttheater meedoen). Sindsdien is er bijna ieder jaar wel een nieuwe verklaring. 14 December kwam er een fatwa (no 56 van 2016: Hukum menggunakan atribut keagamaan non-Muslim). Terwijl de grote winkelcentra vol hangen met kersttakken, kerstmannetjes, rendieren, bellen, kaarsen e.d., wordt verklaard dat het voor moslims verboden is dat spul te kopen, verkomen, maken, verbvoeren, op te hangen, cadeau te geven. Ja, en onze eigen kerstbeelden in de stal zijn gemaakt door moslims uit Burkina Faso, die mooie bronzen beeldjes maken die kinderen kunnen pakken, zonder dat ze kapot vallen.
Zijn ze niet mooi, die Afrikaanse koningen en dieren?
Jan Sihar Aritonang uit Jakarta maakte zich erg boos over het fatwa, vooral omdat de 'anderen'niet-moslims dus, niet nader aangeduid allemaal kafir genoemd werden. Zelfs het kerstfeest werd niet met name genoemd, maar iedereen weet wel hoe dat het gaat met zo'n december-fatwa. Of de malls geen kerstplaatjes, geen jingle-bells meer zullen draaien? Laat ze maar gewoon doorgaan, ook al ergeren ook wel wat moslims én christenen er aan!
Gelukkig, zalig en vredig Kerst toegewenst!
maandag 12 december 2016
Kader Abdolah (her)schrijft een fantastisch mooi boek
Kader Abdolah publiceert een nieuw boek: Salam Europa! Het is een reisverhaal van de grote sjah uit de tweede helft van de 19e eeuw, Nasr al-Din Shah Qajar. Geboren in 1831 werd hij de sjah in 1848 en kort na terugkeer van een reis naar Europa in 1896 neergeschoten in Teheran. Hij schreef een reisverhaal dat ook in het Duits is uitgegeven (zelfs in het Nederlands, maar dat heeft de bibliotheek in Utrecht niet). Aanvankelijk was ik even teleurgesteld, want de reis wordt ook al kort gemeld in het eerdere boek van Abdolah, De Koning uit 2011. Dat boek speelt toch voornamelijk in Iran zelf.
Abdolah vertelt het verhaal weer in kleine episodes. Er staan helemaal geen foto's in, terwijl wel uitvoerig verteld wordt hoe hij in Londen en parijs werd gefotografeerd. Ik vond een prachtige foto van zijn ontmoeting met koningin Victoria. (Eerdere steden op de reis waren Moskou, Sint Petersburg, Berlijn, Keulen, Brussel, Rotterdam en Amsterdam).
Abdolah voert ook een aantal beschrijvingen in van het onderzoek, waarvoor ook een studente, Iris, wordt vermeld. Ook zijn er korte berichten over zaken in de Nederlandse of Europese samenleving, vooral over de stroom vluchtelingen. Abdolah geeft geen analyse van problemen in de maatschappij, en al helemaal niet iemand die oplossingen zou willen geven. Op blz. 300 heeft hij een ontmoeting met een meisje/jonge vrouw Salma, die hem geen hand wil geven en gesluierd loopt. Hij vraagt waarom ze dat is gaan doen. 'Ik weet het niet begon Salma. Ik had genoeg van alles. Nederland had me niets meer te bieden Wat Nederland me wel bood was te mager, ik kreeg het er benauwd van. Blote benen, drinken, roken en blowen maakten me alleen maar eenzaam ... Geleidelijk ontkiemde er iets in mijn hoofd. Een sluier ... Het was eigenlijk een golf waardoor ik getroffen werd, een golf die me met zich meevoerde, ik had er bijna geen grip op.
Abdolah gedraagt zich als precies observator, niet als beoordelaar, laat staan als oplosser. Hij gunt zich wel wat vrijheden wat het historische verhaal betreft, want dat mag een verteller doen (blz. 344). Jaartallen houdt hij dan ook helemaal niet van. Ik vond het een stijl die me aan de wajang deed denken: allemaal korte episodes los van elkaar, niet teveel psychologie, langzame ontwikkeling wordt niet geschetst, eerder allemaal sprongen in het verhaal. Maar een schitterende aaneenschakeling van boeiende taferelen en gebeurtenissen!. Om te herlezen.
Abdolah vertelt het verhaal weer in kleine episodes. Er staan helemaal geen foto's in, terwijl wel uitvoerig verteld wordt hoe hij in Londen en parijs werd gefotografeerd. Ik vond een prachtige foto van zijn ontmoeting met koningin Victoria. (Eerdere steden op de reis waren Moskou, Sint Petersburg, Berlijn, Keulen, Brussel, Rotterdam en Amsterdam).
Abdolah voert ook een aantal beschrijvingen in van het onderzoek, waarvoor ook een studente, Iris, wordt vermeld. Ook zijn er korte berichten over zaken in de Nederlandse of Europese samenleving, vooral over de stroom vluchtelingen. Abdolah geeft geen analyse van problemen in de maatschappij, en al helemaal niet iemand die oplossingen zou willen geven. Op blz. 300 heeft hij een ontmoeting met een meisje/jonge vrouw Salma, die hem geen hand wil geven en gesluierd loopt. Hij vraagt waarom ze dat is gaan doen. 'Ik weet het niet begon Salma. Ik had genoeg van alles. Nederland had me niets meer te bieden Wat Nederland me wel bood was te mager, ik kreeg het er benauwd van. Blote benen, drinken, roken en blowen maakten me alleen maar eenzaam ... Geleidelijk ontkiemde er iets in mijn hoofd. Een sluier ... Het was eigenlijk een golf waardoor ik getroffen werd, een golf die me met zich meevoerde, ik had er bijna geen grip op.
Abdolah gedraagt zich als precies observator, niet als beoordelaar, laat staan als oplosser. Hij gunt zich wel wat vrijheden wat het historische verhaal betreft, want dat mag een verteller doen (blz. 344). Jaartallen houdt hij dan ook helemaal niet van. Ik vond het een stijl die me aan de wajang deed denken: allemaal korte episodes los van elkaar, niet teveel psychologie, langzame ontwikkeling wordt niet geschetst, eerder allemaal sprongen in het verhaal. Maar een schitterende aaneenschakeling van boeiende taferelen en gebeurtenissen!. Om te herlezen.
zaterdag 3 december 2016
Turkije in Amsterdam
Op 15 November hield Gürkan Celik 'and friends' (vooral Tijl Sunier van de VU) een mooie dag in Amsterdam om de huidige situatie in Turkije te bespreken. Zo'n 15 lezingen en discussies in het sjieke gebouw van de Industriële Grote Club op Damplein 27: nog de sfeer van de grote fauteuils van rond 1900.
De morgenzitting werd goed (strak én vol humor) geleid door Meindert Fennema, die zelf even aangaf dat de Turken, anders dan de Marokkanen zo goed in Nederland integreerden omdat ze veel vertrouwen hadden in het lokale bestuur. Thomas von den Dunk gaf een overzicht over het Nederlandse integratiedebat, waar Bolkestein al eind jaren 1990 vond dat Turkije er niet bij hoorde (maar als EU commissaris gaf hij wel toe), wat dan door Fortuin en Wilders is voortgezet. Cyprus is nog een extra probleem bij dit alles.
Bill Park een Amerikaanse Turkije specialist prees Davutoglu als een goed architect voor buitenlandse relaties, maar moest in mei 2016 weg, want Erdogan heeft als motto The winner takes all! Dat kan eigenlijk niet. De economie van Turkije heeft ongeveer de grote van Nederland: You can't be a big country if your economy is like the Dutch. Probleem in de Turkse politiek is dat het allemaal zo aan personen gebonden is.
Joris van Bladel sprak vanuit de Russisch-Turkse relaties. Beide landen hebben een sterk nostalgisch gevoel. Zwakke landen geleid door sterke leiders.
Van links naar rechts: Spark, Thomas von den Dunk, Joost Lagendijk, Mennema + onbekende (Marc Guillet?)
Enkele opmerkingen van Joost Lagendijk: er is een drastische verandering aan de gang van een liberale democratie naar een strak gecontroleerde regering. Er is een politiek vier-stromenland met MHK nationalisten, Kemalisten, Koerden en dan de Erdogan-partij, AK. In de jaren 1990 waren er coalities die niet stabiel bleken, daar wil Erdogan dus niet aan. Veel rechters zaten bij MHP en samen met de Gülen-mensen hebben zij de tol moeten betalen en zijn velen ontslagen. De AK Partij wil de enige woordvoerder voor nationale sentimenten zijn. Rond Erdogan is een culturs: hij wordt gezien als een God-given Messiah. 2023 is het magische jaar voor Erdogan. Dan wordt 100 jaar nieuw Turkije herdacht en moet de nieuwe Atatürk zijn glorie kunnen presenteren. De MHP gaat meehelpen om Erdogan een grootse presidentiële positie te geven.
In de middagzitting was Froukje Santing de voorzitter: de enige vrouw en dan nog niet eens als spreker (er waren wel nog een of twee vrouwen op de lijst, maar verhinderd). Naast Froukje zit Nico Landman die sprak over Diyanet als ondersteuning van Erdogan en instantie die bezig is to redefine the role of religion in Turkey. In 2012 heeft Diyanet een hadith-verzameling met commentaar gepubliceerd. Daarin staat over geloofsafval, dat de 'bekende hadith' moet gelezen worden als een geval van gewapend verzet tegen de regering, gepaard gaande met geloofsafval. Dan is de doodstraf nodig, maar niet in een simpel geval van geloofswisseling, want vrijheid van religie, zelfs change of religion is een onderdeel van de vrijheid van religie.
Nico Landman besprak wel het document tegen Gülen dat op een Diyanet-bespreking van 3-4 Augustus voorgesteld werd en aangenomen. Onder meer 20 stellingen tegen Gülen die zeer drastisch zijn! Door zijn interreligieuze contacten zou Gülen het geloof in één God absoluut gesteld hebben en het 2e zinnetje van de geloofsbelijdenis als onbelangrijk hebben beschouwd. Onbegrijpelijk als je ziet hoe Gülen zelf over de profeet schrijft. Maar het maakt Gülen dus wel als een soort afvallige!
De morgenzitting werd goed (strak én vol humor) geleid door Meindert Fennema, die zelf even aangaf dat de Turken, anders dan de Marokkanen zo goed in Nederland integreerden omdat ze veel vertrouwen hadden in het lokale bestuur. Thomas von den Dunk gaf een overzicht over het Nederlandse integratiedebat, waar Bolkestein al eind jaren 1990 vond dat Turkije er niet bij hoorde (maar als EU commissaris gaf hij wel toe), wat dan door Fortuin en Wilders is voortgezet. Cyprus is nog een extra probleem bij dit alles.
Bill Park een Amerikaanse Turkije specialist prees Davutoglu als een goed architect voor buitenlandse relaties, maar moest in mei 2016 weg, want Erdogan heeft als motto The winner takes all! Dat kan eigenlijk niet. De economie van Turkije heeft ongeveer de grote van Nederland: You can't be a big country if your economy is like the Dutch. Probleem in de Turkse politiek is dat het allemaal zo aan personen gebonden is.
Joris van Bladel sprak vanuit de Russisch-Turkse relaties. Beide landen hebben een sterk nostalgisch gevoel. Zwakke landen geleid door sterke leiders.
Van links naar rechts: Spark, Thomas von den Dunk, Joost Lagendijk, Mennema + onbekende (Marc Guillet?)
Enkele opmerkingen van Joost Lagendijk: er is een drastische verandering aan de gang van een liberale democratie naar een strak gecontroleerde regering. Er is een politiek vier-stromenland met MHK nationalisten, Kemalisten, Koerden en dan de Erdogan-partij, AK. In de jaren 1990 waren er coalities die niet stabiel bleken, daar wil Erdogan dus niet aan. Veel rechters zaten bij MHP en samen met de Gülen-mensen hebben zij de tol moeten betalen en zijn velen ontslagen. De AK Partij wil de enige woordvoerder voor nationale sentimenten zijn. Rond Erdogan is een culturs: hij wordt gezien als een God-given Messiah. 2023 is het magische jaar voor Erdogan. Dan wordt 100 jaar nieuw Turkije herdacht en moet de nieuwe Atatürk zijn glorie kunnen presenteren. De MHP gaat meehelpen om Erdogan een grootse presidentiële positie te geven.
In de middagzitting was Froukje Santing de voorzitter: de enige vrouw en dan nog niet eens als spreker (er waren wel nog een of twee vrouwen op de lijst, maar verhinderd). Naast Froukje zit Nico Landman die sprak over Diyanet als ondersteuning van Erdogan en instantie die bezig is to redefine the role of religion in Turkey. In 2012 heeft Diyanet een hadith-verzameling met commentaar gepubliceerd. Daarin staat over geloofsafval, dat de 'bekende hadith' moet gelezen worden als een geval van gewapend verzet tegen de regering, gepaard gaande met geloofsafval. Dan is de doodstraf nodig, maar niet in een simpel geval van geloofswisseling, want vrijheid van religie, zelfs change of religion is een onderdeel van de vrijheid van religie.
Nico Landman besprak wel het document tegen Gülen dat op een Diyanet-bespreking van 3-4 Augustus voorgesteld werd en aangenomen. Onder meer 20 stellingen tegen Gülen die zeer drastisch zijn! Door zijn interreligieuze contacten zou Gülen het geloof in één God absoluut gesteld hebben en het 2e zinnetje van de geloofsbelijdenis als onbelangrijk hebben beschouwd. Onbegrijpelijk als je ziet hoe Gülen zelf over de profeet schrijft. Maar het maakt Gülen dus wel als een soort afvallige!
Boeddha in het Tropenmuseum
KIT, het Koninklijk Instituut voor de Tropen is een paleis van het kolonialisme. Opgericht door oliebaronnen en heren van de suiker, de Delimagnaten, die na hun terugkeer in Nederland elkaar daar graag mochten zien, wat onderzoek lieten doen. Na 1950 werd het een centrum voor studie van ontwikkelingsprojecten en -processen. Nu de regering daarvoor de geldkraan heeft dichtgedraaid wordt er een andere bestemming voor hotel en gebouw gezocht. Het theater is gesloten, de bibliotheek is deels naar het KITLV gegaan, Leiden dus. In de monumentale grote zaal en bijgebouwen zijn altijd meerdere tentoonstellingen. Momenteel is er een mooi van de Boeddha.
Bij de trap naar boven, waar de tijdelijke Boeddhatentoonsteling begint, hangt al heel lang een (van meerdere) gipsafgitsels van de reliëfs van de Borobudur. Als ik me niet vergis zit de Boeddha hier (weer) onder de verlichtingsboom en wordt hij door mensen en wat geesten geëerd.
Veel van de afbeeldingen, klassiek en modern, gaan in op de belangrijke momenten van het leven van de Boeddha. Ik dacht eerst dat dit een moderne versie was van de nymhen die de duivel had gestuurd om de aandacht van de Boeddha van de juiste weg af te halen (zoiets dus als de bekoringen van de heilige Antonius Kluizenaar/Abt), maar het schijnt gewoon te gaan over westerse hipies die vanaf de jaren 1970 naar India trokken voor 'iets anders: verlichting of ontspanning'.
De grote japanse Boeddhabeelden uit Leiden waren er niet. Wel dit nieuwe hulsel rondom leegte: een modern Boeddha beeld.
Hier dan twee selfies: de Boeddha ligt in slapende houding achter ons te genieten van de wel wat overdreven sterke belichting. De onderste stelt linksonder een moderne goed communicerende Boeddha als DJ voor: zo zou hij het nu misschien doen (niet via de kloosterorde en één maaltijd per dag?) en ik ben zelf op die foto ook aardig overbelicht!
Bij de trap naar boven, waar de tijdelijke Boeddhatentoonsteling begint, hangt al heel lang een (van meerdere) gipsafgitsels van de reliëfs van de Borobudur. Als ik me niet vergis zit de Boeddha hier (weer) onder de verlichtingsboom en wordt hij door mensen en wat geesten geëerd.
Veel van de afbeeldingen, klassiek en modern, gaan in op de belangrijke momenten van het leven van de Boeddha. Ik dacht eerst dat dit een moderne versie was van de nymhen die de duivel had gestuurd om de aandacht van de Boeddha van de juiste weg af te halen (zoiets dus als de bekoringen van de heilige Antonius Kluizenaar/Abt), maar het schijnt gewoon te gaan over westerse hipies die vanaf de jaren 1970 naar India trokken voor 'iets anders: verlichting of ontspanning'.
De grote japanse Boeddhabeelden uit Leiden waren er niet. Wel dit nieuwe hulsel rondom leegte: een modern Boeddha beeld.
Hier dan twee selfies: de Boeddha ligt in slapende houding achter ons te genieten van de wel wat overdreven sterke belichting. De onderste stelt linksonder een moderne goed communicerende Boeddha als DJ voor: zo zou hij het nu misschien doen (niet via de kloosterorde en één maaltijd per dag?) en ik ben zelf op die foto ook aardig overbelicht!
dinsdag 22 november 2016
Een facelift voor Maria of toch: De Maria numquam satis? Of: Kan het ook een beetje minder?
Er is een oud adagium, nog in het Latijn; De Maria numquam satis: vrij vertaald: over Maria kan het nooit genoeg/ te gek zijn! Er zijn zoveel afbeeldingen, teksten over haar, zovele titels in de litanie. Koningin van ... alle volkeren vindt een groep nu in Amsterdam. Ze was in de 18e eeuw al koningin van Polen.
In de Janskerk van Utrecht is er een Adventsproject, waarin als thema wordt gezien; Maria als degene die de kunst van het (ver)wachten verstaat. Die gevoel heeft voor het Heilige, die de wijsheid draagt en baart, de woorden bewaart in haar hart. Maria ook als tegendraadse kracht, als bron van onverzettelijkheid en recht ... Rondzwervend op de wegen, hoogzwanger op zoek naar onderdak, een asielzoekster. Die haar zoon inspireert en ziet opgroeien tot een groot man. Inspiratiebron voor alle Malal's. Maria de Dwaze Moeder, die samen met de Argentijnse moeders zoekt naar haar zoon. Een Maria voor alle vrouwen.
Daar komt 18 December een theater-zangvoorstelling voor in de Janskerk, door onder meer Elly Zuiderveld (van Elly en Rikkert!).
Ik ga zeker kijken. Maar eerst moet ik nog even afkikken (met schilder Max Ernst) van die oude Maria, anders lukt die nieuwe zeker niet. Dat gaat in vijf punten.
1. Allereerst die maagd: wonderbaarlijke IVF met die raarste zin uit het Te Deum. Qui non horruisti virginis uterum. Waar Jezus wordt geprezen omdat hij 9 maanden wachttijd in de baarmoeder van Maria wilde doorbrengen (Moslims hebben dat tot ten hoogste twee uur teruggebracht, maar toch!). Dat moet toch wellicht toch eerst uit ons collectief denken.
2. Dan Efese 431: dat rare concilie waar Maria wordt uitgeroepen tot Moeder van God (en zo dus 'haar eigen schepper heeft gebaard', tu quae genuisti tuum sanctum genitorem staat het in de Antifoon Alma Redemptoris Mater). De Nestorianen zijn daar in de ban gedaan en ook de moslims die hen in dit opzicht hebben gevolgd.
3. Ook 1853 een uitspraak van de Paus: dat Maria gevrijwaard is van de erfzonde, dus niet iets heeft wat verder van alle gewone mensen is. Zij is dus geen gewoon mens meer.
4. Een dogma uit 1953 dat Maria met Lichaam en Ziel in de hemel is opgenomen. Dat vond ik als kind erg zielig: zit zij in die kolossale hemelruimte, alleen met Jezus en zichzelf. Alle andere stoelen (nog) leeg. Nog geen leuke hemel.
5. De nieuwste hobby: Maria Koningin van alle Volkeren in het Amsterdamse afgekondigd zo in de jaren 1945-1989. Omdat Maria de moeder is van Jezus komt er van hem als Verlosser niets als ook niet haar 'aandeel' wordt erkend.
Moeten we deze pijnpunten maar laten zitten en aan een Nieuwe Maria beginnen? Of is er toch een beetje therapie om aan die oude Maria te ontkomen. Zeker heeft de nadruk op maagdelijkheid geholpen aan de moeilijke omgang van christelijke theologie met sex. Al heeft dat natuurlijk ook met de algemene gnostische invloed te maken (Manicheïsme). Afijn dat moet dus wel uitgezuiverd worden. Maar de mooie oude schilderijen en muziek, ja dat moet wel blijven!
In de Janskerk van Utrecht is er een Adventsproject, waarin als thema wordt gezien; Maria als degene die de kunst van het (ver)wachten verstaat. Die gevoel heeft voor het Heilige, die de wijsheid draagt en baart, de woorden bewaart in haar hart. Maria ook als tegendraadse kracht, als bron van onverzettelijkheid en recht ... Rondzwervend op de wegen, hoogzwanger op zoek naar onderdak, een asielzoekster. Die haar zoon inspireert en ziet opgroeien tot een groot man. Inspiratiebron voor alle Malal's. Maria de Dwaze Moeder, die samen met de Argentijnse moeders zoekt naar haar zoon. Een Maria voor alle vrouwen.
Daar komt 18 December een theater-zangvoorstelling voor in de Janskerk, door onder meer Elly Zuiderveld (van Elly en Rikkert!).
Ik ga zeker kijken. Maar eerst moet ik nog even afkikken (met schilder Max Ernst) van die oude Maria, anders lukt die nieuwe zeker niet. Dat gaat in vijf punten.
1. Allereerst die maagd: wonderbaarlijke IVF met die raarste zin uit het Te Deum. Qui non horruisti virginis uterum. Waar Jezus wordt geprezen omdat hij 9 maanden wachttijd in de baarmoeder van Maria wilde doorbrengen (Moslims hebben dat tot ten hoogste twee uur teruggebracht, maar toch!). Dat moet toch wellicht toch eerst uit ons collectief denken.
2. Dan Efese 431: dat rare concilie waar Maria wordt uitgeroepen tot Moeder van God (en zo dus 'haar eigen schepper heeft gebaard', tu quae genuisti tuum sanctum genitorem staat het in de Antifoon Alma Redemptoris Mater). De Nestorianen zijn daar in de ban gedaan en ook de moslims die hen in dit opzicht hebben gevolgd.
3. Ook 1853 een uitspraak van de Paus: dat Maria gevrijwaard is van de erfzonde, dus niet iets heeft wat verder van alle gewone mensen is. Zij is dus geen gewoon mens meer.
4. Een dogma uit 1953 dat Maria met Lichaam en Ziel in de hemel is opgenomen. Dat vond ik als kind erg zielig: zit zij in die kolossale hemelruimte, alleen met Jezus en zichzelf. Alle andere stoelen (nog) leeg. Nog geen leuke hemel.
5. De nieuwste hobby: Maria Koningin van alle Volkeren in het Amsterdamse afgekondigd zo in de jaren 1945-1989. Omdat Maria de moeder is van Jezus komt er van hem als Verlosser niets als ook niet haar 'aandeel' wordt erkend.
Moeten we deze pijnpunten maar laten zitten en aan een Nieuwe Maria beginnen? Of is er toch een beetje therapie om aan die oude Maria te ontkomen. Zeker heeft de nadruk op maagdelijkheid geholpen aan de moeilijke omgang van christelijke theologie met sex. Al heeft dat natuurlijk ook met de algemene gnostische invloed te maken (Manicheïsme). Afijn dat moet dus wel uitgezuiverd worden. Maar de mooie oude schilderijen en muziek, ja dat moet wel blijven!
zondag 20 november 2016
Minimalisme van Max Reger (opus 138)
Wij zongen onlangs met leden van het Janskoor bij een begrafenis voor een man die incidenteel ook bij ons had gezongen. Hij wilde zo graag dat het Ruht wohl, ihr heiligen Gebeine uit de Johannes Passion van Bach gezongen zou worden. Een mooi slot na dat ontroerende Es ist volbracht.. Ook al stierf Jezus vrij jong (deze man was 63 geworden, wat wij ook nog niet zo oud en voltooid vinden).
Andere keuze van hem was Max Reger opus 138
Des Mensch lebt und bestehet
nur eine kleine Zeit
und alle Welt vergehet
mit ihrer Herrlichkeit.
Es ist nur Einer ewig und an allem Enden
und wir sind in seinen Händen.
Ik vond het toen een beetje mager: kon er geen dankbaarheid bij? Vreugde? In de Dominicus zongen we gisteren Psalm 139 (Verzameld Liedboek blz. 138-141). Die mag wel bij mijn begrafenis.
Iedere regel daarvan lees je anders in dat perspectief. Vooral het slot:
Ik ben toch niet op een doodlopende weg
Leid mij voort op de weg van uw dage..
Voor het In Paradisum deducant te Angeli heb ik zelf al een mooie icoon gemaakt. Een vriendelijke Michael. Hij is nog niet klaar, maar komt er aan! Alvast een voorproefje.
Ook mooi bij een (mijn) begrafenis te zingen is Verzameld Liedboek 766
Op mijn levenslange reizen ..
nog een leven zal ik reizen
nooit meer zonder reisgenoot..
Dan nog Verzameld Liedboek 648:
Niemand heeft u ooit gezien
vrede en een nieuwe wereld
en de dood zal niet meer zijn.
En natuurlijk bij de kaarsen ontsteken:
Als alles duister is, ontsteek dan een licht in ons dat nooit meer dooft..
En bij weggaan mag Laudate omnes gentes...
Andere keuze van hem was Max Reger opus 138
Des Mensch lebt und bestehet
nur eine kleine Zeit
und alle Welt vergehet
mit ihrer Herrlichkeit.
Es ist nur Einer ewig und an allem Enden
und wir sind in seinen Händen.
Ik vond het toen een beetje mager: kon er geen dankbaarheid bij? Vreugde? In de Dominicus zongen we gisteren Psalm 139 (Verzameld Liedboek blz. 138-141). Die mag wel bij mijn begrafenis.
Iedere regel daarvan lees je anders in dat perspectief. Vooral het slot:
Ik ben toch niet op een doodlopende weg
Leid mij voort op de weg van uw dage..
Voor het In Paradisum deducant te Angeli heb ik zelf al een mooie icoon gemaakt. Een vriendelijke Michael. Hij is nog niet klaar, maar komt er aan! Alvast een voorproefje.
Ook mooi bij een (mijn) begrafenis te zingen is Verzameld Liedboek 766
Op mijn levenslange reizen ..
nog een leven zal ik reizen
nooit meer zonder reisgenoot..
Dan nog Verzameld Liedboek 648:
Niemand heeft u ooit gezien
vrede en een nieuwe wereld
en de dood zal niet meer zijn.
En natuurlijk bij de kaarsen ontsteken:
Als alles duister is, ontsteek dan een licht in ons dat nooit meer dooft..
En bij weggaan mag Laudate omnes gentes...
zaterdag 19 november 2016
Sint Maarten
De maand begon met Allerheiligen/Allerzielen, dan kwam Sint Maarten. Dit jaar wat heftiger omdat het 1700 geleden is dat de heilige stierf in Tours. 11e van de 11e dus. Er was een prachtige informele kinderoptocht in Amsterdam, Watergraafsmeer. In de Janskerk vier weken lang preken over het levensverhaal van de man (naast de Jacobusbrief), in de Dom een prachtige opera Martine-Martinus, maar het begon op de zaterdag voor het feest (nu dus op 5 November) met een Martinusparade vanaf het Domplein.
Het centrum is een prachtige Martinus op paard. Boven staat hij in het daglicht, maar in de avond ziet het er als de onderste afbeelding uit. Er zijn allerlei engelen, ridders, wel een 300 kinderen met lampionnen, een fanfare, een kolossale draak. Prachtig gezicht zo rond 18.00 op het oude Domplein (even vergeten dat we daar op een ingevallen kerk staan).
Voor ons was het hoogtepunt zeker de opvoering van de opera Martine-Martinus. Het verhaal draaide rond Martinus die als een succesvol soldaat/bestuurder de stilte en eenzaamheid van een kerk zoekt voor meditatie, maar toch een zwerveling die ter plekke sterft moet genezen.
Daarnaast is er een verhaal van een meisje dat haar moeder verloren heeft en daar helemaal weg van is. Ze is keepster in een voetbalelftal, waar ze stond te dromen, denkend aan haar moeder, maar toen de belangrijkste penalty kan houden. Haar teamgenoten vinden dat een wonder. Ze komt in de kerk, praat met een schoonmaakster, die een sjaal van haar moeder vindt, zodoende heeft Martine haar evenwicht weer gevonden en is de geest van Martinus ook over haar vaardig. Dankzij het tekstboekje konden we het verhaal ook nog goed volgen.
De opstelling in de Dom was gesloten: aan drie zijden zat er publiek, tot een hoge tribune voor het orgel, zodat die imposante kerk zelfs gezellig en cosy werd. Niet meteen een populaire musical, maar een mooi werk voor die oude Martinus!
Het centrum is een prachtige Martinus op paard. Boven staat hij in het daglicht, maar in de avond ziet het er als de onderste afbeelding uit. Er zijn allerlei engelen, ridders, wel een 300 kinderen met lampionnen, een fanfare, een kolossale draak. Prachtig gezicht zo rond 18.00 op het oude Domplein (even vergeten dat we daar op een ingevallen kerk staan).
Voor ons was het hoogtepunt zeker de opvoering van de opera Martine-Martinus. Het verhaal draaide rond Martinus die als een succesvol soldaat/bestuurder de stilte en eenzaamheid van een kerk zoekt voor meditatie, maar toch een zwerveling die ter plekke sterft moet genezen.
Daarnaast is er een verhaal van een meisje dat haar moeder verloren heeft en daar helemaal weg van is. Ze is keepster in een voetbalelftal, waar ze stond te dromen, denkend aan haar moeder, maar toen de belangrijkste penalty kan houden. Haar teamgenoten vinden dat een wonder. Ze komt in de kerk, praat met een schoonmaakster, die een sjaal van haar moeder vindt, zodoende heeft Martine haar evenwicht weer gevonden en is de geest van Martinus ook over haar vaardig. Dankzij het tekstboekje konden we het verhaal ook nog goed volgen.
De opstelling in de Dom was gesloten: aan drie zijden zat er publiek, tot een hoge tribune voor het orgel, zodat die imposante kerk zelfs gezellig en cosy werd. Niet meteen een populaire musical, maar een mooi werk voor die oude Martinus!
zondag 6 november 2016
Allerzielen
In deze maand zie we hoe enkele religieuze gewoontes worden ingebouwd in een seculiere wereld. Alllerzielen, Sint Maarten en Sinterklaas zijn er voorbeelden van.
Radio en TV besteedden veel aandacht aan dodenherdenkingen, kaarsjes opsteken voor je geliefden. In de zoveel jaren lange Janskerk (en ook in de Dom) waren er kleine lichtjes voor de overleden. Wat licht en rust dus, dat is de enige zekerheid die we hebben. Er kwam zelfs een glossy uit over de dood. Niet veel soeps.
In de kapel van het Barbarakerkhof werd een ingetogen dienst gehouden met een sopraan die vooral zong over Ruhe, Stille. De pastor (van katholieken huize) liet een icoon zien van een stille Christus (of eigenlijk een engel). Daarbij het verhaal over de joodse gewoonten om in ieder geval bij het horen van bericht van overlijden meteen naar het sterfhuis te gaan en vooral stil te zijn. We hoeven niet zo van die grote woorden over de dood te zeggen. Het mag en soms moet het in stilte.
Met onze buurvrouw bezochten wij twee van de drie graven die wij op het Barbarakerkhof konden vinden. Hieronder die van Wiollem Aantjes en mijn oud-collega Anton Houtepen. Dat van onze betreurde organist Mark van Kuilenburg konden we niet zo makkelijk in het donker terugvinden. Heeft wel wat dat avondbezoek aan een kerkhof, alsof je cihter bij die overledenen bent die nog niet helemaal weg zijn.
Radio en TV besteedden veel aandacht aan dodenherdenkingen, kaarsjes opsteken voor je geliefden. In de zoveel jaren lange Janskerk (en ook in de Dom) waren er kleine lichtjes voor de overleden. Wat licht en rust dus, dat is de enige zekerheid die we hebben. Er kwam zelfs een glossy uit over de dood. Niet veel soeps.
In de kapel van het Barbarakerkhof werd een ingetogen dienst gehouden met een sopraan die vooral zong over Ruhe, Stille. De pastor (van katholieken huize) liet een icoon zien van een stille Christus (of eigenlijk een engel). Daarbij het verhaal over de joodse gewoonten om in ieder geval bij het horen van bericht van overlijden meteen naar het sterfhuis te gaan en vooral stil te zijn. We hoeven niet zo van die grote woorden over de dood te zeggen. Het mag en soms moet het in stilte.
Met onze buurvrouw bezochten wij twee van de drie graven die wij op het Barbarakerkhof konden vinden. Hieronder die van Wiollem Aantjes en mijn oud-collega Anton Houtepen. Dat van onze betreurde organist Mark van Kuilenburg konden we niet zo makkelijk in het donker terugvinden. Heeft wel wat dat avondbezoek aan een kerkhof, alsof je cihter bij die overledenen bent die nog niet helemaal weg zijn.
maandag 31 oktober 2016
Cemil Sajinöz over of eigenlijk: tegen Gülen
Sahinöz is geboren in 1981 in Halle. Studeerde sociologie en is doktorand in de theologie: op weg naar een academisch proefschrift? Hij heeft het tijdschrift Ayasofya opgericht dat hij zelf uitgeeft, online. Hij is ook voorzitter van WIR: Vereniging voor de studie van Wissenschaft, Integration und Religion. Hij is voorzitter van de gemeenschap van Nursi-kenners in Duitsland en voorzitter van de moslim-gemeenschappen van Bielefeld. Een soort voorzitter annex ZZPer dus. Zijn website www.misawa.de prijst het tijdschrift en een grote serie boeken aan.
Ik zag een boek langskomen dat afgelopen maand verscheen: 116 blz., kleine pagine, veel spatie, met allerlei kwaad over de Gülen-beweging. Via amazon.de kreeg ik dat voor € 6.90 en dat noem ik nog eens een echt Wirtschaftwunderi!
Het begint met de discussie over het geboortejaar. Dat is 1941, maar 10 November 1938 wordt ook naar voren geschoven, omdat Kemal Atatürk op die dag stierf en toen zou dus zijn grote tegenstander, de nieuwe mahdi of verlosser van de eindtijd geboren zijn.
Op blz. 7-8 vermeldt hij een voorval uit 1955-6, toen Gülen op de madrasah zat in Kursunlu. Hij zou zijn leraar Sadi Mazlumoglu bij de politie hebben aangegeven als Atatürk-tegenstander en daaropp werd Gülen van die madrasah verwijderd.
Maar in de jaren 1960 kreeg hij vooral in Izmir veel aanhang omdat hij prachtig kon preken.
Blz. 12-40 is een vrij lang deel over de vraag of hij bij de Nuris-beweging hoort. Volgens dit boek heeft hij wel een aantal ideeën van Nursi gebruikt, maar noemt hij de grote meester niet, ook al hoorde hij in 1971 wel bij een groep mensen die gevangen werden gezet omdat ze Risale-i-Nur lezers waren. Maar toen was Gülen laf en zei dat hij maar een deel van dit omvangrijke werk had gelezen, alleen als predikant niet als aanhanger. Twintig dagen voor zijn dood zou Nursi, die Gulen nooit ontmoet heeft, gewaarschuwd hebben voor de jonge predikant. Gülen was ook niet op de begrafenis van Nursi (stierf 23 maart 1960).
Er zijn twee grote verschillen tussen beide mannen: Nursi hield zich buiten de politiek en kende geen hierarchische organisatie. Gülen is er vanaf 1960 al op uit om de staat over te nemen en kent een strike hierarchie van allerlei imams (blz. 56). Maar omdat de beweging niet transparant en open is, kan hij daar geen goede bewijzen en vooral geen namen voor geven. Blz. 95-100 gaat over de staasgreep van 15 Juli. Luitenant Levent Türkan zou in zijn verhoor de Gülen beweging stevig hebben aangeklaad. Verder zijn deze pagina's een treurige lijst van wat er allemaal is verboden, vastgezet en ontslagen sinds die datum. Herhaaldelijk wordt vermeld dat aan de VS om uitlevering van Gülen is gevraagd. Niet vermeld wordt dat dit verzoek als sinds 2014 door de VS is afgewezen. Het is een triest boekje, dat symbool staat voor de gespletenheid van de Turkse natie, ook buiten het moederland.
Ik zag een boek langskomen dat afgelopen maand verscheen: 116 blz., kleine pagine, veel spatie, met allerlei kwaad over de Gülen-beweging. Via amazon.de kreeg ik dat voor € 6.90 en dat noem ik nog eens een echt Wirtschaftwunderi!
Het begint met de discussie over het geboortejaar. Dat is 1941, maar 10 November 1938 wordt ook naar voren geschoven, omdat Kemal Atatürk op die dag stierf en toen zou dus zijn grote tegenstander, de nieuwe mahdi of verlosser van de eindtijd geboren zijn.
Op blz. 7-8 vermeldt hij een voorval uit 1955-6, toen Gülen op de madrasah zat in Kursunlu. Hij zou zijn leraar Sadi Mazlumoglu bij de politie hebben aangegeven als Atatürk-tegenstander en daaropp werd Gülen van die madrasah verwijderd.
Maar in de jaren 1960 kreeg hij vooral in Izmir veel aanhang omdat hij prachtig kon preken.
Blz. 12-40 is een vrij lang deel over de vraag of hij bij de Nuris-beweging hoort. Volgens dit boek heeft hij wel een aantal ideeën van Nursi gebruikt, maar noemt hij de grote meester niet, ook al hoorde hij in 1971 wel bij een groep mensen die gevangen werden gezet omdat ze Risale-i-Nur lezers waren. Maar toen was Gülen laf en zei dat hij maar een deel van dit omvangrijke werk had gelezen, alleen als predikant niet als aanhanger. Twintig dagen voor zijn dood zou Nursi, die Gulen nooit ontmoet heeft, gewaarschuwd hebben voor de jonge predikant. Gülen was ook niet op de begrafenis van Nursi (stierf 23 maart 1960).
Er zijn twee grote verschillen tussen beide mannen: Nursi hield zich buiten de politiek en kende geen hierarchische organisatie. Gülen is er vanaf 1960 al op uit om de staat over te nemen en kent een strike hierarchie van allerlei imams (blz. 56). Maar omdat de beweging niet transparant en open is, kan hij daar geen goede bewijzen en vooral geen namen voor geven. Blz. 95-100 gaat over de staasgreep van 15 Juli. Luitenant Levent Türkan zou in zijn verhoor de Gülen beweging stevig hebben aangeklaad. Verder zijn deze pagina's een treurige lijst van wat er allemaal is verboden, vastgezet en ontslagen sinds die datum. Herhaaldelijk wordt vermeld dat aan de VS om uitlevering van Gülen is gevraagd. Niet vermeld wordt dat dit verzoek als sinds 2014 door de VS is afgewezen. Het is een triest boekje, dat symbool staat voor de gespletenheid van de Turkse natie, ook buiten het moederland.
maandag 24 oktober 2016
Koptische kerk in Utrecht
Op zaterdag 22 Oktober 2016 was er een symposium in de Koptische kerk aan de Adriaan van Bergenstraat 61 in Utrecht. De oude parochiezaal was helemaal vol, met zo'n 130 bezoekers. Ik kwam 10 minuten te laat en vond achteraan nog maar net een stoel. Het was een presentatie van de orientaalse kerken: eerst Ethiopiërs die begonnen met zingen, in het wit geklede mannen tegenover de vrouwen.
Daarna was er een monnik van de Syrische christenen uit Glaner (Twente) die een mooi verhaal hield over de preken/gedichten, memre, van Efrem, de Syriër, bekend bij vele gelovigen omdat ze die mee kunnen zingen. Het poëtisch en narratieve is in die kerk belangrijke dan het reflexieve: theologie wordt er geschreven in poëzie (zoals de javaan in macapat). De gouden tijd is voor hen 300-700, preken op het ritme van Dante, steeds 2 regels, rijmend. Daarna kwam er iemand van de koptische kerk, met een soort zwarte helm als hoofddeksel.
Bij de Kopten is de reis/vlucht naar Egypte belangrijk: God (=Christus) bezocht immers eerst Egypte, voor hij ging preken in Palestina. Hier dus ook een houtsnijwerk van die vlucht met de palmboom waar zij rustten. En links daarvan die zwarte 'helm' van hun leiders. Daaronder Joris de drakendoder. Ik ben zelf nu bezog met een icoon waar de Aartsengel Michael de draak doodt, maar meestal is het daar toch wel Joris zelf.
Er was nog een Armeens Apostolisch koor met zeer krachtige vrouwenstemmen, alsof het geschoolde operazangeressen waren. Leuk detail: hun hoofddoek was van de Maria van Lourdes. Er was ook een jonge Ethioposche vrouw van 22, die een tienerdienst leidt, naast haar HBO studie maatschappelijk werk.Zij kent het Nederlandse jargon (was overigens in Leiden geboren): zij is opgevoed met de waarden en normen van de Ethiopische Kerk.
Het symposium was eigenlijk georganiseerd vanwege een boek van Jaap van Slageren over deze kerken. Er zijn er 38 (plus twee kloosters): 11 Syrische, 8 Koptische, 7 Armeense en dan nog 12 Ethiopische en Eritrese. Zij claimen een 60,000 gelovigen. Laat de veelkleurigheid bloeien ook in deze kerken!
Daarna was er een monnik van de Syrische christenen uit Glaner (Twente) die een mooi verhaal hield over de preken/gedichten, memre, van Efrem, de Syriër, bekend bij vele gelovigen omdat ze die mee kunnen zingen. Het poëtisch en narratieve is in die kerk belangrijke dan het reflexieve: theologie wordt er geschreven in poëzie (zoals de javaan in macapat). De gouden tijd is voor hen 300-700, preken op het ritme van Dante, steeds 2 regels, rijmend. Daarna kwam er iemand van de koptische kerk, met een soort zwarte helm als hoofddeksel.
Bij de Kopten is de reis/vlucht naar Egypte belangrijk: God (=Christus) bezocht immers eerst Egypte, voor hij ging preken in Palestina. Hier dus ook een houtsnijwerk van die vlucht met de palmboom waar zij rustten. En links daarvan die zwarte 'helm' van hun leiders. Daaronder Joris de drakendoder. Ik ben zelf nu bezog met een icoon waar de Aartsengel Michael de draak doodt, maar meestal is het daar toch wel Joris zelf.
Er was nog een Armeens Apostolisch koor met zeer krachtige vrouwenstemmen, alsof het geschoolde operazangeressen waren. Leuk detail: hun hoofddoek was van de Maria van Lourdes. Er was ook een jonge Ethioposche vrouw van 22, die een tienerdienst leidt, naast haar HBO studie maatschappelijk werk.Zij kent het Nederlandse jargon (was overigens in Leiden geboren): zij is opgevoed met de waarden en normen van de Ethiopische Kerk.
Het symposium was eigenlijk georganiseerd vanwege een boek van Jaap van Slageren over deze kerken. Er zijn er 38 (plus twee kloosters): 11 Syrische, 8 Koptische, 7 Armeense en dan nog 12 Ethiopische en Eritrese. Zij claimen een 60,000 gelovigen. Laat de veelkleurigheid bloeien ook in deze kerken!
Transformaties van een kerkgebouw
In 1960 opende de CGK, Christelijk Gereformeerde Kerk aan de Adriaan van Bergenstraat 61 een kerkgebouw, Eben Haëzerkerk, aanvankelijk ook nog gebruikt door de Vrijgemaakten. Dit gebouw werd enige jaren geleden verkocht en werd toen een sportschool.
De kale rechthoekige ruimte is sinds 10 maanden in gebruik door Chinese Boeddhisten, vooral vertegenwoordigd door enkele Engels sprekende nonnen. Ze zijn verschillend van die van de Zeedijk in Amsterdam (die komen uit Taiwan), maar hier komen ze van Peking, in ieder geval van het vasteland van China, waar hun leider een oude tempel (Longquang) weer helemaal in glorie heeft hersteld en nu dus ook een verstiging in Utrecht heeft geopend.
Kennelijk is de tempel in enkele containers zo uit China gekomen. Volledig en kant en klaar. Aan de buitenkant alleen wat wolkjes en wat aardige bewakers-leeuwen.
Binnenin zijn de drie grote beelden: in het centrum de historische Buddha Sakyamuni van 500 v Chr. met het rad van de leer. Links de Buddha Amida, die een Lotus in de hand heeft. Rechts een genezende Boeddha met een kom waarin een genezende drank zit. De andere figuren zijn boddhisattva's allemaal mannen, al zien ze er nogal vrouwelijk uit (of ik begreep de non niet goed).
Er staan voor het altaar alleen kaarsen en flesjes water, alles vrij sober.
om binnen te gaan moet je een beschermende doek om je schoenen doen, zodat de vloer schoon en mooi blijft. Er stonden gastvrouwen buiten om eventuele bezoekers welkom te heten. Maar er was geen Nederlands- en Engelstalige lectuur.
Haal bijzonder zijn de wanden die, buiten de deuren of het hoofdaltaar, bedekt zijn met een 1800 afbeeldingen van Kwan-Jin of een of andere boddhisattva. Een serene sfeer. De tempel ligt zo'n 100 meter van een vroegere katholieke kerk (met een klooster van monialen van St Monica), nu in gebruik door de koptische christenen. Zo steekt het geloof steeds weer elders zijn kop op.
De kale rechthoekige ruimte is sinds 10 maanden in gebruik door Chinese Boeddhisten, vooral vertegenwoordigd door enkele Engels sprekende nonnen. Ze zijn verschillend van die van de Zeedijk in Amsterdam (die komen uit Taiwan), maar hier komen ze van Peking, in ieder geval van het vasteland van China, waar hun leider een oude tempel (Longquang) weer helemaal in glorie heeft hersteld en nu dus ook een verstiging in Utrecht heeft geopend.
Kennelijk is de tempel in enkele containers zo uit China gekomen. Volledig en kant en klaar. Aan de buitenkant alleen wat wolkjes en wat aardige bewakers-leeuwen.
Binnenin zijn de drie grote beelden: in het centrum de historische Buddha Sakyamuni van 500 v Chr. met het rad van de leer. Links de Buddha Amida, die een Lotus in de hand heeft. Rechts een genezende Boeddha met een kom waarin een genezende drank zit. De andere figuren zijn boddhisattva's allemaal mannen, al zien ze er nogal vrouwelijk uit (of ik begreep de non niet goed).
Er staan voor het altaar alleen kaarsen en flesjes water, alles vrij sober.
om binnen te gaan moet je een beschermende doek om je schoenen doen, zodat de vloer schoon en mooi blijft. Er stonden gastvrouwen buiten om eventuele bezoekers welkom te heten. Maar er was geen Nederlands- en Engelstalige lectuur.
Haal bijzonder zijn de wanden die, buiten de deuren of het hoofdaltaar, bedekt zijn met een 1800 afbeeldingen van Kwan-Jin of een of andere boddhisattva. Een serene sfeer. De tempel ligt zo'n 100 meter van een vroegere katholieke kerk (met een klooster van monialen van St Monica), nu in gebruik door de koptische christenen. Zo steekt het geloof steeds weer elders zijn kop op.
woensdag 19 oktober 2016
Brugge
Na Gent dus ook een dag Brugge. Veel mensen in de rondvaartboten, hele busgroepen, tientallen, wellicht honderden op zo'n dag in Oktober nog, naast de schoolklassen.
Brugge was ooit ook leider van een hele federatie van kleine stadjes en dorpen, de ommelanden, zoals Venetië ook een keten van onderhorgiheden had. Overdag dus heel druk en daarom een magere, niet heldere foto van de avondrust.
Dit was de salvatorkerk, met een hoge romaanse onderbouw, waarop dan een soort oud kasteel is gebouwd in de 19e eeuw. Net als de maria-kerk ernaast (die met de allerhoogste toren van België) was de binnenruimte nog in restauratie. Wat gaan de Belgen daar mee doen nu er nog maar twee missen zijn per weekend?
Rechts is de basiliek van het Heilig Bloed, bedevaartcentrum, in twee bouwlagen, zo te zien nog druk bezocht. In het midden het superrijke stadhuis en links daarvan het begin van de kantoren voor de ommelanden. Stadsbestuur en kerk naadloos in elkaar overlopend.
Al sinds 1500 is Brugge geen havenstad meer, maar toch nog wel een waterstad. Hier zo'n doorkijkje zoals er zoveel zijn.
Wij kozen voor twee schilderijenmusea: Memlinck in het Sint Jans maar vooral de pracht van de Vlaamse primitieven in het Groeningemuseum. Hierboven Maria met kind getekend door de evangelist Lukas. Daaronder een mooie kruisiging met links de rond koepelkerk van het Heilig Graaf en rechtsboven bijna hetzelfde: de koepel van de rots, het islamitische heiligdom, bijna van gelijke grootte (55 meter middellijn en ook zo'n hoogte). Alleen de islamitische koepel is verguld, al is dat hier helemaal niet te zien.
Weinig moderns dus, weinig jonge mensen, maar vooral toeristen. Modern is dan nog wel dit grote ensemble rond een grote fontein op de grote ondergrondse garage Het Zand. Verder is dat nog wel een groot kaal dak, behalve wellicht op de vrijdagmarkt!
Brugge was ooit ook leider van een hele federatie van kleine stadjes en dorpen, de ommelanden, zoals Venetië ook een keten van onderhorgiheden had. Overdag dus heel druk en daarom een magere, niet heldere foto van de avondrust.
Dit was de salvatorkerk, met een hoge romaanse onderbouw, waarop dan een soort oud kasteel is gebouwd in de 19e eeuw. Net als de maria-kerk ernaast (die met de allerhoogste toren van België) was de binnenruimte nog in restauratie. Wat gaan de Belgen daar mee doen nu er nog maar twee missen zijn per weekend?
Rechts is de basiliek van het Heilig Bloed, bedevaartcentrum, in twee bouwlagen, zo te zien nog druk bezocht. In het midden het superrijke stadhuis en links daarvan het begin van de kantoren voor de ommelanden. Stadsbestuur en kerk naadloos in elkaar overlopend.
Al sinds 1500 is Brugge geen havenstad meer, maar toch nog wel een waterstad. Hier zo'n doorkijkje zoals er zoveel zijn.
Wij kozen voor twee schilderijenmusea: Memlinck in het Sint Jans maar vooral de pracht van de Vlaamse primitieven in het Groeningemuseum. Hierboven Maria met kind getekend door de evangelist Lukas. Daaronder een mooie kruisiging met links de rond koepelkerk van het Heilig Graaf en rechtsboven bijna hetzelfde: de koepel van de rots, het islamitische heiligdom, bijna van gelijke grootte (55 meter middellijn en ook zo'n hoogte). Alleen de islamitische koepel is verguld, al is dat hier helemaal niet te zien.
Weinig moderns dus, weinig jonge mensen, maar vooral toeristen. Modern is dan nog wel dit grote ensemble rond een grote fontein op de grote ondergrondse garage Het Zand. Verder is dat nog wel een groot kaal dak, behalve wellicht op de vrijdagmarkt!
Gent
11 en 12 Oktober waren wij in Vlaanderen, voor het bezoek aan de twee oude steden Brugge en Gent. We aren er al lang niet geweest en hadden deze keer royaal tijd. Dus de hele rondgang afgelopen. Te beginnen met een selfie bij de Sint Baafskathedraal.
De aloude jubée, afscheiding tussen koor voor de cletrus en het schiop voor de gewone gelovigen was nu veranderd in een soort toegangspoort met de werken van barmhartigheid erop, tevens toegang vanwege het Heilig Jaar van Barmhartigheid. Verder niet veel nieuws of anders in die stoere grote oude kerk.
Niet de adel, zeker geen koning en een nationale trots, maar de burgerij: de gilden en de handelaren zijn dominant in de twee steden/ Hier het centrum: de belfort en het oude lakenhuis, waar de kwaliteit van de producten werd gecontroleerd.
Aan de andere kant van de lakenhal een nieuw marktgebouw in moderne stijl. Dat vonden wij wel een groot verschil tussen Brugge en Gent: er is meer aan moderne gebouwen te vinden in Gent. Welloicht ook vanwege de universiteit zijn de toeristen er niet dominant. Ook konden nogal wat van die oude gebouwen voor universiteitsinstituten gebruikt worden. Dat is er allemaal in Brugge niet. Daar hadden we het idee dat er het gevaar is van het huidige Venetië: dat het helemaal een Unesco-stadje wordt van museale allure, maar geen eigentijdse dynamiek meer.
In de Nicolaaskerk stond achterin een groot project van kleurrijke inclusiviteit: mensen in allerlei kleuren van huidskleur en kleding. Er was ook een mooi recent beeld van Pater Damiaan. Als je een gebouw niet blijft verbouwen en vernieuwen, gaat de betekenis er van verloren!
Het oude kasteel is een werkplaats voor textiel geweest (naast woonplaats van de graaf, verruild voor een meer comfortabel stadspaleis dat al is afgebroken). Nu is het museum geworden van gruwelijke wapens en martelingen. Maar onschuldig om te zien.
En Gent was ook ooit socialistisch en links: deze twee gebouwen naast elkaar op het grote marktplein. Maar ok dat is voorbij en er zitten nu kledingzaken in!
De aloude jubée, afscheiding tussen koor voor de cletrus en het schiop voor de gewone gelovigen was nu veranderd in een soort toegangspoort met de werken van barmhartigheid erop, tevens toegang vanwege het Heilig Jaar van Barmhartigheid. Verder niet veel nieuws of anders in die stoere grote oude kerk.
Niet de adel, zeker geen koning en een nationale trots, maar de burgerij: de gilden en de handelaren zijn dominant in de twee steden/ Hier het centrum: de belfort en het oude lakenhuis, waar de kwaliteit van de producten werd gecontroleerd.
Aan de andere kant van de lakenhal een nieuw marktgebouw in moderne stijl. Dat vonden wij wel een groot verschil tussen Brugge en Gent: er is meer aan moderne gebouwen te vinden in Gent. Welloicht ook vanwege de universiteit zijn de toeristen er niet dominant. Ook konden nogal wat van die oude gebouwen voor universiteitsinstituten gebruikt worden. Dat is er allemaal in Brugge niet. Daar hadden we het idee dat er het gevaar is van het huidige Venetië: dat het helemaal een Unesco-stadje wordt van museale allure, maar geen eigentijdse dynamiek meer.
In de Nicolaaskerk stond achterin een groot project van kleurrijke inclusiviteit: mensen in allerlei kleuren van huidskleur en kleding. Er was ook een mooi recent beeld van Pater Damiaan. Als je een gebouw niet blijft verbouwen en vernieuwen, gaat de betekenis er van verloren!
Het oude kasteel is een werkplaats voor textiel geweest (naast woonplaats van de graaf, verruild voor een meer comfortabel stadspaleis dat al is afgebroken). Nu is het museum geworden van gruwelijke wapens en martelingen. Maar onschuldig om te zien.
En Gent was ook ooit socialistisch en links: deze twee gebouwen naast elkaar op het grote marktplein. Maar ok dat is voorbij en er zitten nu kledingzaken in!
dinsdag 4 oktober 2016
Hemelvaart op de Tabor: Petrus, Jacobus, Johannes
Onlangs preekt Harry Pals in de Janskerk over het Taborverhaal, eigenlijke de 1e hemelvaart: als Jezus hemelse kleuren wit krijgt en twee hemelbewoners/vroegere collega's ontmoet, Elia en Mozes, en bevestiging van hen krijgt.
Het verhaal lijkt te zijn naverteld in de islamitische traditie waar Mohammed in moeilijke tijden ook een hemelvaart krijgt, vanaf de tempelberg in Jeruzalem en daar de vroegere profeten ontmoet en goede raad van hen krijgt: Mozes, Abraham, Jezus, Adam zelfs. Het is een van de meest uitbundige scenes in de afbeeldingen. Zowel de reis van Mekka naar Jeruzalem als de ontmoetingen in de hemel. Hieronder de profeten in een torentje van vlammen onzichtbaar, maar de entourage meer dan koninklijk, hemelse parade, taptoe dus.
Harry Pals, onze dominee, ging niet op de hoge figuren in, Elia en Mozes, maar juist op de verschillende karakters van de drie apostelen:
Petrus,‘rots’, de mens die zo graag en gretig en vurig voorop wil lopen in het doortrekken van de lange lijnen van de geschiedenis, de traditie. Die zoveel van oudere verhalen terugziet in zijn ervaringen met Jezus, en die dat ook zo graag allemaal haastig bijeen wil harken, vast wille houden, ‘in handen’ wil houden, onder controle. Petrus de mens van de bronnen.
Het verhaal lijkt te zijn naverteld in de islamitische traditie waar Mohammed in moeilijke tijden ook een hemelvaart krijgt, vanaf de tempelberg in Jeruzalem en daar de vroegere profeten ontmoet en goede raad van hen krijgt: Mozes, Abraham, Jezus, Adam zelfs. Het is een van de meest uitbundige scenes in de afbeeldingen. Zowel de reis van Mekka naar Jeruzalem als de ontmoetingen in de hemel. Hieronder de profeten in een torentje van vlammen onzichtbaar, maar de entourage meer dan koninklijk, hemelse parade, taptoe dus.
Harry Pals, onze dominee, ging niet op de hoge figuren in, Elia en Mozes, maar juist op de verschillende karakters van de drie apostelen:
Petrus,‘rots’, de mens die zo graag en gretig en vurig voorop wil lopen in het doortrekken van de lange lijnen van de geschiedenis, de traditie. Die zoveel van oudere verhalen terugziet in zijn ervaringen met Jezus, en die dat ook zo graag allemaal haastig bijeen wil harken, vast wille houden, ‘in handen’ wil houden, onder controle. Petrus de mens van de bronnen.
Johannes,‘de Eeuwige is genadig’, die met zijn naam en in heel zijn bestaan geraakt is door Gods overstelpende liefde, die die liefde vorm wil geven, mensen erbij betrekken, mensen aan elkaar verbinden zoals Jezus dat kon en deed, een gemeenschap van verbondenheid stichten.Johannes de mens van de gemeenschap.
Jakobus, de oude Jakob, ‘hielenlichter’, oplichter, die zijn broer aan de kant zette, die geraakt wordt en dan leert om niet alleen maar voor zichzelf op te komen, maar juist voor de ontrechte, die wil doen, aanpakken, oplossen, een betere wereld maken – want wat stelt geloven voor als je een ander niet eens ziet staan? Jakobus de mens van de inzet. Drie kanten van de kerk: de bronnen, de gemeenschap, de inzet.
Er kwamen zelfs drie mannen met staf, Palestijns herderscostuum oplopen. Ik dacht eerder dat de karakteristieken over drie kerken gingen: Petrus de Catholica, Johannes de orthodoxen van het oosten en Jacobus de Protestanten. Maar dat bleek toch niet te kloppen.
Er kwamen zelfs drie mannen met staf, Palestijns herderscostuum oplopen. Ik dacht eerder dat de karakteristieken over drie kerken gingen: Petrus de Catholica, Johannes de orthodoxen van het oosten en Jacobus de Protestanten. Maar dat bleek toch niet te kloppen.
maandag 3 oktober 2016
Gülen, gezien in wereldperspectief
Ik heb wel eens een HOVO-cursus gegeven over 7 moslimculturen: drie
oude (Arabisch, Perzisch, Turks), drie latere (Zuid India, Indonesië,
Afrika onder de Sahara) en tenslotte Islam in het Westen.
Als we een beeld willen hebben van Gülen-beweging moeten we vergelijken. Meten is weten, door vergelijking dus.
Alle Moslimbewegingen in de 20e eeuw ontstaan, zijn het gevolg van een minderwaardigheidscomplex (Wertheim), of van een gevoel dat het met de moslims verkeerd is gegaan (Bernard Lewis: What Went Wrong?). Dé remedie is dan een terugkeer naar vroegere glorie. Een stap terug om weer groot te zijn. De Moslimbroeders zijn de grootste beweging van de Arabische wereld, maar vormen een organisatorisch plan van een salafistische beweging. In de wereld van India-Pakistan is de Jamaat-i-Islami van Maududi de grootste. Allebei willen ze terug naar het gezag van Koran en Hadith, dus vooral het gezag van de traditionele ulama.
In de Perzische wereld is er de revolutie van de Ayatollahs, van wie sommige vooruitstrevend waren (Tabataba'i) en sommige geleerden als Ali Shariati waren echte vernieuwers, maar in feite is de islam er tot de oude roots, dus de ulama, teruggekeerd.
In Indonesië zien we een mix van oud en nieuw. Er zijn twee zeer grote bewegingen: Muhammadiyah die een mix van salafisme en modernisme propageert en geen strakke keuze maakt. Nahdlatul Ulama die ook laveert tussen hernieuwde aandacht voor de ouderwets gevormde ulama en moderne gedachten in politieke en sociaal leven.
Over belangrijke bewegingen in dus-sahara Afrika weet ik weinig.
Als we wereldwijd deze bewegingen bekijken dan is de grote beweging die zijn inspiratie vind in Fethullah Gülen de enige die niet dom teruggrijpt naar een glorierijk verleden, de zijne. Er is geen concentratie op studie van Koran en hadith (wél bij de grote meester zelf, maar hij eist niet van zijn volgelingen dat zij theologie of religie studeren, biologie, medische wetenschap en natuurwetenschap is beter!). Godsdienst hoeft niet het hele leven te domineren. Het inspireert maar geeft niet de feitelijke oplossing van maatschappelijke problemen. Ook Gülen vertrekt vanuit een analyse van de moslims in Turkije en in de wereld als minderwaardig in aanzien en invloed, maar zoekt niet een terugkeer tot Koran en Hadith waarin alle oplossingen te vinden zijn, maar in een oproep om op seculier gebied juist ook eens goed te gaan presteren.
Als we een beeld willen hebben van Gülen-beweging moeten we vergelijken. Meten is weten, door vergelijking dus.
Alle Moslimbewegingen in de 20e eeuw ontstaan, zijn het gevolg van een minderwaardigheidscomplex (Wertheim), of van een gevoel dat het met de moslims verkeerd is gegaan (Bernard Lewis: What Went Wrong?). Dé remedie is dan een terugkeer naar vroegere glorie. Een stap terug om weer groot te zijn. De Moslimbroeders zijn de grootste beweging van de Arabische wereld, maar vormen een organisatorisch plan van een salafistische beweging. In de wereld van India-Pakistan is de Jamaat-i-Islami van Maududi de grootste. Allebei willen ze terug naar het gezag van Koran en Hadith, dus vooral het gezag van de traditionele ulama.
In de Perzische wereld is er de revolutie van de Ayatollahs, van wie sommige vooruitstrevend waren (Tabataba'i) en sommige geleerden als Ali Shariati waren echte vernieuwers, maar in feite is de islam er tot de oude roots, dus de ulama, teruggekeerd.
In Indonesië zien we een mix van oud en nieuw. Er zijn twee zeer grote bewegingen: Muhammadiyah die een mix van salafisme en modernisme propageert en geen strakke keuze maakt. Nahdlatul Ulama die ook laveert tussen hernieuwde aandacht voor de ouderwets gevormde ulama en moderne gedachten in politieke en sociaal leven.
Over belangrijke bewegingen in dus-sahara Afrika weet ik weinig.
Als we wereldwijd deze bewegingen bekijken dan is de grote beweging die zijn inspiratie vind in Fethullah Gülen de enige die niet dom teruggrijpt naar een glorierijk verleden, de zijne. Er is geen concentratie op studie van Koran en hadith (wél bij de grote meester zelf, maar hij eist niet van zijn volgelingen dat zij theologie of religie studeren, biologie, medische wetenschap en natuurwetenschap is beter!). Godsdienst hoeft niet het hele leven te domineren. Het inspireert maar geeft niet de feitelijke oplossing van maatschappelijke problemen. Ook Gülen vertrekt vanuit een analyse van de moslims in Turkije en in de wereld als minderwaardig in aanzien en invloed, maar zoekt niet een terugkeer tot Koran en Hadith waarin alle oplossingen te vinden zijn, maar in een oproep om op seculier gebied juist ook eens goed te gaan presteren.
zondag 2 oktober 2016
Iconen schilderen
Voordat ik afgelopen week naar Birmingham ging (daarover een verhaal op de Engelstalige blog, relindonesia.blospot.com) heb ik afgelopen maandag mijn eerste cursusmorgen iconenschilderen gekregen. Docent is Ineke Meijer. Zij was ook student bij de KTU toen ik daar nog wereldchristendom en Islam doceerde.
Zij heeft een strak regime wat overigens in alle boeken en verhalen over iconen voorkomt. Meteen begonnen wij (na inleidingsgebed, er hangt een religieuze stilte in de ruimte) met de keuze van de heilige die wij zouden schilderen de komende tien weken. Het centrum van een iconenwand bestaat zeker uit Jezus, links van hem Maria en rechts Johannes de Doper. Zij liet me ook een koptische icoon van Michael zien. Die is gemakkelijker, dus die heb ik maar gekozen.
Zij gaf me ook een 'werktekening'. Die moet je aan de onderkant met rode verstof bestrijken, dan overtrekken op de houtplaat (die kant en klaar gegeven werd) en dan de lijnen oververven met een lichte verf (mengsel van de eigeel/wijn met poederstof. De rok en het blauw van de vleugels heb ik ook ingeverfd en naa ruim twee uur kwam er dus het volgende uit.
Hier ga ik de komende 9 weken dus nog verder aan werken. De anderen in de cursus hadden soms al een of twee jaar gewerkt. Een had zijn eigen plaat klaargemaakt: mooi uitgediept, zodat de rand er natuurlijker bijkomt. Je bent heel intensief met zo'n afbeelding bezig.
Ik zocht thuis wat meer op en vond nogal wat mensen die ook actief zijn met iconenschilderen. Er blijkt toch wel een groep van duizenden in Nederland te zijn die er wat aan heeft gedaan. Onze cursus had 8 leden. Ineke Meijer geeft er twee van drie maanden in Bunnik, in een ruime zaal van de pastorie. Mannen en vrouwen ongeveer gelijk in aantal. De vrouw van Gerard van 't Spijker doet het ook. Wilna Wierenga, en ongetwijfeld heel wat anderen.
Het zijn vrijwel allemaal oude heiligen (naast Jezus, Maria en Engelen, enkele Oud-Testamentische figuren). Ik kwam een moderne heilige tegen: Damiaan de Veuster, gesxchilderd door August van Dick.
Hij ziet er een beetje stug, stuurs. De andere heiligen kijken je rechtstreeks aan, of als het in profiel gaat, dan toch twee ogen zichtbaar. Hier dus maar één oog.
Maar ik ga eerst oefenen op een engelen-neus.
Zij heeft een strak regime wat overigens in alle boeken en verhalen over iconen voorkomt. Meteen begonnen wij (na inleidingsgebed, er hangt een religieuze stilte in de ruimte) met de keuze van de heilige die wij zouden schilderen de komende tien weken. Het centrum van een iconenwand bestaat zeker uit Jezus, links van hem Maria en rechts Johannes de Doper. Zij liet me ook een koptische icoon van Michael zien. Die is gemakkelijker, dus die heb ik maar gekozen.
Zij gaf me ook een 'werktekening'. Die moet je aan de onderkant met rode verstof bestrijken, dan overtrekken op de houtplaat (die kant en klaar gegeven werd) en dan de lijnen oververven met een lichte verf (mengsel van de eigeel/wijn met poederstof. De rok en het blauw van de vleugels heb ik ook ingeverfd en naa ruim twee uur kwam er dus het volgende uit.
Hier ga ik de komende 9 weken dus nog verder aan werken. De anderen in de cursus hadden soms al een of twee jaar gewerkt. Een had zijn eigen plaat klaargemaakt: mooi uitgediept, zodat de rand er natuurlijker bijkomt. Je bent heel intensief met zo'n afbeelding bezig.
Ik zocht thuis wat meer op en vond nogal wat mensen die ook actief zijn met iconenschilderen. Er blijkt toch wel een groep van duizenden in Nederland te zijn die er wat aan heeft gedaan. Onze cursus had 8 leden. Ineke Meijer geeft er twee van drie maanden in Bunnik, in een ruime zaal van de pastorie. Mannen en vrouwen ongeveer gelijk in aantal. De vrouw van Gerard van 't Spijker doet het ook. Wilna Wierenga, en ongetwijfeld heel wat anderen.
Het zijn vrijwel allemaal oude heiligen (naast Jezus, Maria en Engelen, enkele Oud-Testamentische figuren). Ik kwam een moderne heilige tegen: Damiaan de Veuster, gesxchilderd door August van Dick.
Hij ziet er een beetje stug, stuurs. De andere heiligen kijken je rechtstreeks aan, of als het in profiel gaat, dan toch twee ogen zichtbaar. Hier dus maar één oog.
Maar ik ga eerst oefenen op een engelen-neus.
Abonneren op:
Posts (Atom)